Verleent eenparig goedkeuring aan de notulen van de zitting dd. 28.10.2021.
Via het digitaal loket Binnenlands Bestuur werd het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen dd. 27.10.2021 ontvangen houdende de goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt. Art. 332 § 1 van het Decreet Lokaal Bestuur, bepaalt dat "alle besluiten en opmerkingen van de toezichthoudende overheid ter kennis gebracht worden op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad of van de raad voor maatschappelijk welzijn".
Voorstel van beslissing: kennisname van het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt.
Neemt kennis van het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt.
Via het digitaal Loket Binnenlands Bestuur werd het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen dd. 27.10.2021 ontvangen houdende de goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Lokaal bestuur Tielt – stad en OCMW. Art. 332 § 1 van het Decreet Lokaal Bestuur, bepaalt dat "alle besluiten en opmerkingen van de toezichthoudende overheid ter kennis gebracht worden op de eerstvolgende vergadering van de gemeenteraad of van de raad voor maatschappelijk welzijn".
Voorstel van beslissing: kennisname van het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Lokaal bestuur Tielt – stad en OCMW.
Neemt kennis van het besluit van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen houdende goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Lokaal bestuur Tielt – stad en OCMW.
Op 09.11.2021 bezorgde het Centraal Kerkbestuur Tielt, de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus. Het Bisdom verleende gunstig advies over de budgetwijziging. De budgetwijzing van Sint-Martinus is ingegeven doordat de voorziene investeringswerken uit 2020 nog niet werden uitgevoerd. Deze kredieten werden d.m.v. deze budgetwijziging doorgeschoven van 2020 naar 2021. Het betreft bijgevolg een technisch-administratieve wijziging. De toelage van de stad wijzigt niet. In toepassing van artikelen 49 en 50 van het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, verleent de gemeenteraad goedkeuring aan de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur dd. 22.12.2017;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid artikel 49 t.e.m. 50;
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 03.12.2020 houdende de goedkeuring van de budgetten 2021 van de Tieltse kerkfabrieken;
Gelet op het gecoördineerd schrijven van het Centraal Kerkbestuur Tielt, ingediend dd. 09.11.2021 waarbij de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus werd ingediend;
Overwegende dat de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus is ingegeven doordat de voorziene investeringswerken (m.n. 2020 restauratie calvarie, vernieuwen zakgoten zijbeuken en bakgoten stookplaats, dakluiken en 2021 aangieten vermolmde moerbalkbalken op de klokkenzolder) nog niet konden worden uitgevoerd gezien de prijsraming van de individuele werken hoger lag dan de raming en dat omwille van deze reden nog gezocht werd naar een nieuwe aannemer en betere prijzen; dat omwille van deze redenen de voorziene investeringskredieten van 2020 overgebracht worden naar 2021; dat dit bijgevolg een technische administratieve budgetwijziging betreft;
Overwegende dat de gemeentelijke exploitatietoelage voor Sint-Martinus voor 2021 door deze budgetwijziging niet wijzigt; dat de investeringstoelage stijgt van 7.200,00 euro naar 16.280,00 euro; dat deze investeringskredieten reeds voorzien waren in het meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur;
Gelet op het gunstige advies van het Bisdom Brugge aan de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus;
Gezien het tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om in toepassing van art. 49 en 50 van het decreet van 07.05.2004 op de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, de meerjarenplanwijziging en de budgetwijzingen goed te keuren;
Art. 1:
Goedkeuring te verlenen aan de budgetwijziging 2021-1 van de kerkfabriek Sint-Martinus waarbij de gemeentelijke exploitatietoelage gelijk blijft; de investeringstoelage stijgt met 9.080,00 euro tot 16.280,00 euro.
Art. 2:
Afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de Provinciegouverneur, het Bisdom Brugge, het Centraal Kerkbestuur en de kerkfabriek Sint-Martinus.
Op 09.11.2021 bezorgde het Centraal Kerkbestuur Tielt de budgetten 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze Lieve Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Bavo, Sint‑Martinus en Onze Lieve Vrouw Geboorte. Het Bisdom verleende gunstig advies over deze budgetten. In het budgetvoorstel, zijn de exploitatie- en investeringstoelagen als volgt opgedeeld:
|
|
Exploitatietoelage |
Investeringstoelage |
| Sint-Pieter |
€ 203.512,74 |
€ 30.000,00 |
| O.L.V. Tielt |
€ 50.960,73 |
€ 0,00 |
| Sint-Jozef Werkman |
€ 15.926,42 (aandeel Tielt: € 14.174,51) |
€ 0,00 |
| Sint-Martinus Aarsele |
€ 52.204,77 |
€ 0,00 |
| Sint-Bavo Kanegem |
€ 2.071,04 |
€ 0,00 |
| O.L.V. Geboorte |
€ 27.924,13 |
€ 180.000,00 |
In toepassing van de artikelen 45 tot 50 van het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, behandelt de gemeenteraad de goedkeuring van deze budgetten 2022.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de budgetten 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze Lieve Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Martinus, Sint-Bavo en Onze Lieve Vrouw Geboorte.
Gelet op het decreet lokaal bestuur dd. 22.12.2017;
Gelet op het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, inzonderheid artikel 45-50;
Gelet op het overleg tussen het Centraal Kerkbestuur Tielt en het lokaal bestuur Tielt houdende de besprekingen rond de opmaak van de budgetten 2022 dd. 11.06.2021 en 08.11.2021;
Gelet op de goedkeuring door de gemeenteraad van Tielt dd. 05.12.2019 houdende de goedkeuring van de meerjarenplannen 2020-2025 van de kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze-Lieve-Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Martinus, Sint-Bavo en Onze-Lieve-Vrouw Geboorte en latere wijzigingen;
Gelet op het gecoördineerde indienen van het Centraal Kerkbestuur Tielt dd. 09.11.2021 bij het lokaal bestuur, waarbij de budgetten 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze-Lieve-Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Martinus, Sint-Bavo en Onze-Lieve-Vrouw Geboorte werden ingediend;
Gelet op de gunstige adviezen van het Bisdom Brugge, digitaal ondertekend, met betrekking tot de budgetten 2022 van voormelde kerkfabrieken;
Gezien het bijgevolg tot de bevoegdheid van de gemeenteraad behoort om in toepassing van art. 45 tot 50 van het decreet van 07.05.2004 op de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten dit budget te behandelen;
Art. 1:
Het budget 2022 van de kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze Lieve Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Bavo, Sint-Martinus en Onze Lieve Vrouw Geboorte goed te keuren waarbij de gemeentelijke bijdragen als volgt worden vastgelegd:
|
|
Exploitatietoelage |
Investeringstoelage |
| Sint-Pieter |
€ 203.512,74 |
€ 30.000,00 |
| O.L.V. Tielt |
€ 50.960,73 |
€ 0,00 |
| Sint-Jozef Werkman |
€ 15.926,42 (aandeel Tielt: € 14.174,51) |
€ 0,00 |
| Sint-Martinus Aarsele |
€ 52.204,77 |
€ 0,00 |
| Sint-Bavo Kanegem |
€ 2.071,04 |
€ 0,00 |
| O.L.V. Geboorte |
€ 27.924,13 |
€ 180.000,00 |
Art. 2:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van artikel 286 en 287 van het decreet over het lokaal bestuur en worden overgemaakt aan het Centraal Kerkbestuur Tielt, de Kerkfabrieken Sint-Pieter, Onze-Lieve-Vrouw, Sint-Jozef Werkman, Sint-Martinus, Sint-Bavo en Onze-Lieve-Vrouw Geboorte, het Bisdom Brugge en de gemeente Pittem.
In toepassing van de wet op de geïntegreerde politie, stuurde de politiezone bij brief dd. 27.10.2021 de verdeelsleutel en gemeentelijke bijdrage van de deelnemende gemeenten aan de Politiezone Regio Tielt door. De bijdrage voor 2022 werd vastgelegd op 5.362.398,00 euro. Voor Tielt betekent dit op basis van de verdeelsleutel van 37,36% een bijdrage van 2.003.391,00 euro. Deze dotatie is opgenomen in het meerjarenplan van de stad.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de financiële bijdrage van 2.003.391,00 euro aan de Politiezone Regio Tielt voor het dienstjaar 2022.
Gelet op de wet van 07.12.1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst gestructureerd op 2 niveaus, in het bijzonder artikelen 34, 40, 71 en volgende;
Gelet op het feit dat de begrotingsopmaak alsook de stemming en de goedkeuring ervan worden geregeld zodat het artikel 241 en gedeeltelijk de Titel VI, Hoofdstukken 1 en 2 van de Nieuwe Gemeentewet toepasbaar wordt gemaakt;
Gelet op het koninklijk besluit van 05.09.2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de lokale politie;
Gelet op de begrotings-, de financiële en de boekhoudkundige voorschriften van de politiezones die door bovenvermeld KB van 05.09.2001 bepaald zijn;
Gelet op de ministeriële omzendbrief PLP 60 betreffende de onderrichtingen voor het opstellen van de politiebegroting ten behoeve van de politiezones;
Gelet op het schrijven dd. 27.10.2021 van de politiezone Regio Tielt houdende berekening van de gemeentelijke bijdragen voor het jaar 2022;
Gelet op het ontwerp van de politiebegroting 2022 van de politiezone Regio Tielt;
Goedkeuring te verlenen aan de gemeentelijke bijdrage voor het dienstjaar 2022 aan de politiezone Regio Tielt van 5.362.398,00 euro en de bijhorende verdeelsleutel. Voor de stad Tielt betekent dit op basis van de verdeelsleutel van 37,36% een bijdrage aan de politiezone Regio Tielt van 2.003.391,00 euro.
Voor deze bijdrage zal visum gevraagd worden aan de financieel directeur.
Deze beslissing wordt bekendgemaakt in toepassing van artikelen 286 en 287 van het decreet over het lokaal bestuur. Afschrift van deze beslissing wordt voor verder gevolg overgemaakt aan de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken dienst Politionele Veiligheid, de Politiezone Regio Tielt en de financieel directeur.
Bij het KB van 02.02.2009 tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones werd Tielt ingedeeld bij de hulpverleningszone Midwest. De wet van 15 mei 2007 betreffende de Civiele Veiligheid bepaalt dat ‘de dotaties van de gemeenten van de zone jaarlijks vastgelegd worden door de raad op basis van een akkoord, bereikt tussen de verschillende betrokken gemeenteraden. Het akkoord wordt bereikt ten laatste op 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de dotatie bestemd is’. Het akkoord voor de dotatie in 2022 werd inmiddels bereikt in de zoneraad Midwest dd. 26.10.2021. De financiële verdeelsleutel werd herbevestigd. Voor Tielt betekent dit een exploitatietoelage van 542.088,50 euro en een investeringstoelage van 148.462,50 euro. Het budget werd toegelicht en besproken op de infovergadering van 07.10.2021. Zie dossier.
Voorstel van beslissing: goedkeuren financiële verdeelsleutel en financiële bijdrage voor 2022 van de stad Tielt aan de hulpverleningszone Midwest.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, inzonderheid de artikels 40 en 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad en de artikels 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht;
Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de Civiele Veiligheid en meer bepaald artikel 68 § 1 dat bepaalt dat de gemeentelijke dotatie wordt ingeschreven in de uitgaven van elke gemeentebegroting;
Gelet op de wet van 15 mei 2007 betreffende de Civiele Veiligheid en meer bepaald artikel 68 § 2 dat bepaalt: ‘de dotaties van de gemeenten van de zone worden jaarlijks vastgelegd door de raad op basis van een akkoord, bereikt tussen de verschillende betrokken gemeenteraden. Het akkoord wordt bereikt ten laatste op 1 november van het jaar voorafgaand aan het jaar waarvoor de dotatie bestemd is. …’
Overwegende dat de stad Tielt conform het Koninklijk Besluit van 2 februari 2009 tot vaststelling van de territoriale afbakening van de hulpverleningszones, wordt ingedeeld in hulpverleningszone 2 West-Vlaanderen (verder Zone Midwest genoemd);
Overwegende dat Zone Midwest in zitting van de prezoneraad op 27 mei 2014 een akkoord bereikte m.b.t. de financiële verdeelsleutel die de dotatie bepaalt van elke gemeente aan de Zone Midwest; na diverse infosessies aan schepenen, raadsleden, financieel beheerders en secretarissen werd de financiële verdeelsleutel herbevestigd tijdens de prezoneraad op 24 juni 2014;
Overwegende dat deze financiële verdeelsleutel opnieuw werd bevestigd door de zoneraad in zitting van 26 oktober 2021 m.b.t. de opmaak van het budget voor 2022;
Overwegende dat de totale exploitatietoelage van de gemeenten voor 2022 € 7.373.874,00, de totale investeringstoelage voor 2022 € 1.605.000,00 en de totale gemeentelijk gezamenlijke toelage € 8.978.874 bedraagt;
Art. 1:
Akte te nemen van de financiële verdeelsleutel die de jaarlijkse bijdrage van elke gemeente aan de Zone Midwest vastlegt en die door de zoneraad in zitting van 26 oktober 2021 voor de begroting 2022 werd herbevestigd.
Art. 2:
De gemeenteraad gaat akkoord met de exploitatietoelage aan de Zone Midwest voor 2022 die in de onderstaande tabel wordt weergegeven:
| Gemeente |
Dotatie 2022 (in euro) |
| Ardooie |
€ 268 254,50 |
| Hooglede |
€ 302 293,50 |
| Ingelmunster |
€ 220 018,50 |
| Izegem |
€ 779 627,50 |
| Lichtervelde |
€ 244 217,00 |
| Meulebeke |
€ 272 729,50 |
| Moorslede |
€ 294 529,00 |
| Pittem |
€ 211 597,00 |
| Roeselare |
€ 3 081 814,50 |
| Ruiselede |
€ 111 795,50 |
| Staden |
€ 301 505,50 |
| Tielt |
€ 542 088,50 |
| Wingene |
€ 378 186,50 |
| Dentergem |
€ 184 938,50 |
| Oostrozebeke |
€ 180 278,50 |
| Totaal |
€ 7 373 874,00 |
Art. 3:
De gemeenteraad gaat akkoord met de investeringstoelage aan de Zone Midwest voor 2022 die in de onderstaande tabel wordt weergegeven:
| Gemeente |
Dotatie 2022 (in euro) |
| Ardooie |
€ 63.397,50 |
| Hooglede |
€ 68.533,50 |
| Ingelmunster |
€ 68.533,50 |
| Izegem |
€ 184.093,50 |
| Lichtervelde |
€ 52.965,00 |
| Meulebeke |
€ 70.780,50 |
| Moorslede |
€ 64.842,00 |
| Pittem |
€ 49.755,00 |
| Roeselare |
€ 549.712,50 |
| Ruiselede |
€ 33.223,50 |
| Staden |
€ 71.422,50 |
| Tielt |
€ 148.462,50 |
| Wingene |
€ 90.361,50 |
| Dentergem |
€ 45.100,50 |
| Oostrozebeke |
€ 43.816,50 |
| Totaal |
€ 1.605.000,00 |
Art. 4:
Een afschrift van dit besluit wordt overgemaakt aan de voorzitter van de zoneraad van Zone Midwest, Kwadestraat 159 te 8800 Roeselare.
Art. 5:
Deze beslissing wordt bekendgemaakt in toepassing van artikel 286 en 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
Bomen leveren belangrijke ecosysteemdiensten. Om die te vrijwaren, wordt voor de periode 2022-2025 een belasting ingevoerd op het vellen, rooien en kandelaberen van bomen. De aanvrager die – verplicht of vrijwillig – overgaat tot heraanplant van een of meer bomen van een vergelijkbare waard, wordt volledig vrijgesteld van de belasting. Verdere vrijstellingen zijn onder andere voorzien voor professionele telers en terreinbeherende verenigingen en voor het vellen van bomen die een acuut gevaar opleveren. De inkomsten uit de belasting zullen uitsluitend worden aangewend voor de heraanplant van nieuwe bomen op het Tieltse grondgebied.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de belasting op het vellen, rooien en kandelaberen van bomen voor de periode 2022-2025.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 40 en art. 41;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB/2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op de gemeentelijke verordening van 19 januari 1978 inzake het vellen van hoogstammige bomen;
Gelet op de financiële toestand van het stadsbestuur;
Overwegende dat het vellen, rooien en kandelaberen van bomen ingrepen zijn waarvoor een omgevingsvergunning noodzakelijk is;
Overwegende dat bomen over het volledige grondgebied van de Stad verspreid belangrijke ecosysteemdiensten leveren; ze capteren koolstofdioxide, filteren fijn stof, zorgen voor schaduw en verkoeling, houden grond vast, zijn voedselbron of gastheer voor tal van organismen;
Overwegende dat deze ecosysteemdiensten bij het vellen, rooien of kandelaberen van een boom teniet worden gedaan;
Overwegende dat bij het aanplanten van bomen deze ecosysteemdiensten opnieuw worden verzorgd;
Overwegende dat het noodzakelijk is voldoende bomen te behouden op het grondgebied van de stad;
Overwegende dat verschillende overheden op verschillende niveaus ook bezig zijn met het planten, beheren, onderhouden en kappen van bomen; dat deze overheden dit doen binnen hun bevoegdheden en hiertoe doorgaans ook beheerplannen opstellen waar de stad niet in wil en kan interfereren; dat ook terreinbeherende verenigingen soms bomen rooien of vellen, maar dat dit ook past binnen goedgekeurde beheerplannen en met het oog op het verbeteren van natuurwaarden; dat binnen de fruitteelt bomen gerooid worden maar het intrinsiek aan de activiteit is verbonden dat de bomen zo snel mogelijk vervangen worden om weer te kunnen produceren;
Overwegende dat er situaties zijn waarbij het vellen, rooien of kandelaberen van een boom de ecosysteemdiensten niet vermindert; dat gebeurlijk knotten van bomen zorgt voor een hogere natuurwaarde in het buitengebied, dat knotbomen hier ook geen beperking in hun voortbestaan van ondervinden;
Overwegende dat het soms noodzakelijk is om binnen een goedgekeurd beheerplan een boom te vellen of te rooien en dat hierdoor de natuurwaarde van een gebied of het habitat van een soort juist kan worden verbeterd;
Overwegende dat na een noodwendigheid een boom een dermate gevaar kan opleveren dat het aangewezen is deze te vellen of te rooien zonder dat dit de intentie was van de eigenaar of beheerder van de betreffende boom; dat ook bomen ziek kunnen worden of afsterven en dat ook hier op termijn een gevaar van kan uitgaan; dat ook hier de intentie van de eigenaar of de beheerder initieel niet is om de boom te rooien of te vellen;
Overwegende dat Stad Tielt de ambitie heeft om gronden te verwerven en deze te bebossen; dat hiervoor aanzienlijke financiële inspanningen nodig zijn;
Overwegende dat de inkomsten uit de belasting op het vellen, rooien en kandelaberen van bomen uitsluitend zal aangewend worden voor nieuwe aanplant;
Overwegende dat de inkomsten uit de belasting geboekt worden op transactiekrediet 2021/GBB-CBS/0020-00/7319000/STAD/CBS/IP-GEEN en dat voor de nieuwe aanplant uitgavekredieten voorzien zijn in het meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur op transactiekrediet 2021/ACT-6.1.3/0340-00/6103420/STAD/CBS/IP-GEEN en 2021/ACT-6.1.3/0340-00/2200700/STAD/CBS/IP-10;
Art. 1:
Voor de aanslagjaren 2022 tot en met 2025 wordt een belasting geheven op het vellen, rooien en kandelaberen van bomen waarvoor de verplichting geldt te beschikken over een omgevingsvergunning.
Art. 2:
Definities:
in de zin van dit reglement wordt volgende verstaan onder:
Boom: houtachtig gewas vertrekkend vanuit 1 groeipunt uit de bodem en bestaande uit 1 stam met een algemeen opgaande groeiwijze waarop op diverse afstanden takken kunnen ontstaan
Vellen: het doorzagen of omhakken van bomen of houtachtige gewassen boven het bodemoppervlak
Rooien: het verwijderen van bomen en houtachtige gewassen, met inbegrip van hun wortelstelsel
Kandelaberen: het voor meer dan 20% (al dan niet gelijkmatig) weghalen van de takken die de kroon van een boom vormen. Hieronder valt dus ook het halveren en intoppen van bomen.
Knotten: het periodiek (3-8 jaar tussentijd) verwijderen van de takken van een kruin zodat een typische knotvorm van een boom ontstaat.
Acuut gevaar: acuut gevaar dreigt:
- wanneer er direct gevaar dreigt om personen te verwonden
- wanneer er direct gevaar dreigt om eigendommen te beschadigen
- wanneer er direct gevaar dreigt voor andere bomen (vb. snel vermeerderende ziekte)
Direct gevaar moet hierbij worden geïnterpreteerd als sneller voorkomend dan de termijnen die voorzien zijn in de normale vergunningsprocedure.
Art. 3:
1) De belasting is verschuldigd door elke natuurlijke persoon, rechtspersoon, feitelijke vereniging of andere entiteit zonder rechtspersoonlijkheid die overgaat tot het vellen, rooien en kandelaberen van bomen waarvoor de verplichting geldt te beschikken over een omgevingsvergunning, met uitzondering van de entiteiten opgesomd in lid 2 en van de handelingen opgesomd in lid 3 van huidig artikel.
2) Er wordt volledige vrijstelling van belasting verleend aan:
- Gemeentelijke, provinciale en gewestelijke overheden en hun afdelingen, departementen of diensten die instaan voor groenbeheer in ruime zin.
- Terreinbeherende verenigingen met als doelstelling te werken aan landschap en natuur in ruime zin.
- Professionele telers van (fruit)bomen
3) Volgende handelingen zijn niet onderhevig aan de belasting:
- Het periodiek knotten van knotbomen, in zoverre het een normale knotactiviteit betreft waarbij takken van de kruin worden verwijderd
- Het vellen of rooien van bomen zoals opgenomen in een goedgekeurd beheerplan
- Het vellen of rooien van bomen indien er na stormweer of een andere noodwendigheid acuut gevaar is opgetreden dat werd bevestigd door de groendienst, brandweer of politie en waarbij het vellen of rooien wordt toegestaan door de burgemeester
- Het vellen of rooien van bomen die dood of ziek zijn en waarbij een voorafgaand advies van de groendienst of een erkend boomchirurg stelt dat de boom op korte termijn (minder dan 2 jaar) een acuut gevaar zal vormen.
Art. 4:
De belasting wordt berekend per boom waarvoor de verplichting geldt te beschikken over een omgevingsvergunning voor het vellen, rooien of kandelaberen, op basis van de stamomtrek:
| Stamomtrek |
Verschuldigde belasting |
| 30 tot 65 cm |
250 euro |
| 66 tot 130 cm |
500 euro |
| 131 tot 190 cm |
750 euro |
| Meer dan 190 cm |
1.000 euro |
Art. 5:
De stamomtrek wordt uitgedrukt in cm en gemeten op 1 meter hoogte.
De aanvrager voegt bij de vergunningsaanvraag voldoende documentatie waaruit de omtrek van de te vellen, rooien of te kandelaberen boom duidelijk blijkt.
Art. 6:
Indien de aanvrager vrijwillig dan wel verplicht overgaat tot heraanplant van een of meer bomen van een vergelijkbare waarde, wordt hij vrijgesteld van belasting. De vergelijkbare waarde wordt aangetoond via onderstaande tabel:
| Stamomtrek te vellen boom |
Minimale stamomtrek te herplanten boom |
| 30 tot 65 cm |
30 cm |
| 66 tot 130 cm |
>44 cm |
| 131 tot 190 cm |
>60 cm of minstens 2 x 33 cm |
| Meer dan 190 cm |
>100cm of minstens 5 x 33 cm |
Art. 7:
De soortkeuze van de her aan te planten bomen dient voorgelegd te worden aan het stadsbestuur, bij voorkeur bij de vergunningsaanvraag. Deze soortkeuze dient voorafgaand aan de heraanplant goedgekeurd te worden.
De aanplant dient gebeurd te zijn uiterlijk 2 plantseizoenen of 12 maanden na de aanvang der werken. Foto’s van de heraanplant en een aankoopbewijs dienen dan ook voorgelegd te worden binnen deze termijn Er kan eveneens door de bevoegde dienst een bezoek ter plaatse gebeuren om de heraanplant te verifiëren. Indien het vellen of rooien wordt uitgevoerd in het kader van grote bouw of renovatiewerken kan de vergunningsplichtige een gemotiveerde aanvraag voor een verlenging richten aan het college van burgemeester en schepenen. De verlenging van de heraanplanttermijn kan maximum 24 maanden bedragen.
Art. 8:
Deze belasting is een kohierbelasting. De belasting is verschuldigd indien er cf. de bepalingen van art 7 binnen de toegekende heraanplanttermijn geen bewijs geleverd werd van de heraanplant.
De belasting wordt ingevorderd door middel van een kohier dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 9
De belasting moet worden betaald binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet.
Art. 10
De belastingschuldige kan bezwaar indienen tegen deze belasting bij het college van burgemeester en schepenen.
Het bezwaarschrift moet, schriftelijk, ondertekend en gemotiveerd worden ingediend. De indiening kan gebeuren door verzending of door overhandiging tegen ontvangstbewijs.
Deze indiening moet, op straffe van verval, gebeuren binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet.
Art. 11
Zonder afbreuk te doen aan de bepalingen van het decreet, zijn de bepalingen van titel VII (Vestiging en invordering van de belastingen), hoofdstukken I (algemene bepalingen), 3 (onderzoek en controle), 4 (bewijsmiddelen van de administratie), 6 (aanslagtermijnen), 7 tem 9bis (rechtsmiddelen; invordering van de belasting waaronder de nalatigheids- en moratoriuminteresten; rechten en voorrechten van de schatkist; strafbepalingen) van het Wetboek van de inkomstenbelasting en de artikelen 126 tot 175 van het uitvoeringsbesluit van dit Wetboek (betreft o.m. de verjaring en de vervolgingen) van toepassing voor zover zij met name niet de belastingen op de inkomsten betreffen.
Art. 12:
Dit reglement treedt in werking op 01.01.2022.
Art. 13:
Het reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en artikel 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
Voor de periode 2022-2025 werd een belasting ingevoerd op het verstrekken van logies, met het oog op een billijke bijdrage van toeristen en tijdelijke verblijvers in de inspanningen geleverd voor de veiligheid en verfraaiing van de stad en voor het uitwerken van toeristisch aantrekkelijke activiteiten. Het reglement heeft geenszins tot doelstelling om crisisopvang te belasten. Daarom is het billijk om in artikel 4 van het reglement een vrijstelling van belasting toe te voegen voor logies ingezet voor crisisopvang voor zover doorverwezen door het OCMW of sociale partnerorganisaties.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de wijziging van het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019, betreffende de belasting op het verstrekken van logies.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 20 december 2017, inzonderheid art. 40 en art. 41;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB/2019/2 van 15 februari 2019 over de gemeentefiscaliteit;
Gelet op het decreet van 5 februari 2016 houdende het toeristische logies, gewijzigd bij decreet van 10 maart 2017;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 tot uitvoering van het decreet van 5 februari 2016 houdende het toeristische logies;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 houdende de goedkeuring van de belasting op het verstrekken van logies, zoals gewijzigd bij besluit van de gemeenteraad van 7 mei 2020 en van 3 december 2020;
Gelet op de financiële toestand van het stadsbestuur;
Overwegende dat het stadsbestuur inspanningen levert voor de veiligheid en verfraaiing van de stad en voor het uitwerken van toeristisch aantrekkelijke activiteiten en het dus billijk is dat toeristen en tijdelijke verblijvers hier ook een redelijke bijdrage in leveren;
Overwegende dat de uitbaters van logiesverstrekkende bedrijven een zicht hebben op het aantal toeristen en tijdelijke verblijvers en dat de belasting dus via hen dient geïnd te worden;
Overwegende dat het belastingreglement de billijke bijdrage van toeristen en tijdelijke verblijvers beoogt en dat het belasten van crisisopvang niet bijdraagt tot deze doelstelling;
Overwegende dat het derhalve billijk is om verblijven in het kader van crisisopvang voor zover doorverwezen door het OCMW of sociale partnerorganisaties vrij te stellen van de belasting;
Overwegende dat de inkomsten uit de belasting geboekt worden op transactiekrediet 2021/GBB-CBS/0020-00/7341900/STAD/CBS/IP-GEEN van het meerjarenplan 2020-2025 van het lokaal bestuur;
Art. 1:
Het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 betreffende de belasting op het verstrekken van logies als volgt te wijzigen:
In artikel 4 van het reglement wordt de volgende vrijstelling toegevoegd:
- logies ingezet voor crisisopvang voor zover doorverwezen door het OCMW of sociale partnerorganisaties
Art. 2:
Een gecoördineerde versie van het belastingreglement op het verstrekken van logies wordt gepubliceerd op de website van de stad Tielt.
Art. 3:
Het reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 tot en met 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
In de gemeenteraad van 5 december 2019 werd een reglement goedgekeurd betreffende belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven, in de zitting van de gemeenteraad van 03.12.2020 werd dit reglement reeds gewijzigd. Tegen dit besluit werd door VOKA een verzoekschrift tot nietigverklaring ingediend bij de Raad Van State. De procedure hieromtrent is nog lopende. Het stadsbestuur heeft ook de intentie om het reglement betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven nog bij te sturen. Daarom is het aangewezen om de inwerkingtreding van het reglement opnieuw op te schuiven en te voorzien op 1 januari 2023 in plaats van 1 januari 2022. Hiertoe dienen art. 1 en art. 12 van het besluit gewijzigd te worden.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de wijziging van het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 (gewijzigd op 3 december 2020) betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 20 december 2017, inzonderheid art. 40 en art. 41;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB/2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 houdende het goedkeuren van een reglement betreffende een belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven, gewijzigd in de gemeenteraadszitting van 3 december 2020;
Gezien deze belasting in toepassing van art. 12 van het in de gemeenteraad van 5 december 2019 goedgekeurde reglement in werking zou treden op 1 januari 2022;
Gelet op het verzoekschrift tot nietigverklaring ingediend door VOKA bij de Raad van Statebetreffende het belastingreglement m.b.t. het elektriciteitsverbruik van bedrijven;
Gezien de procedure bij de raad van state nog lopende is;
Gelet op de intentie van het stadsbestuur om het reglement betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven nog bij te sturen;
Gezien hiervoor nog verder opzoekingswerk vereist is;
Gezien het bijgevolg niet aangewezen is om het reglement betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven te laten in werking treden op 1 januari 2022;
Gelet op het voorstel om het reglement, na bijsturing, maar in werking te laten treden op 1 januari 2023;
Art. 1:
Het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019, gewijzigd op 3 december 2020 betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven als volgt te wijzigen:
Art. 1: voor de aanslagjaren 2023 tot en met 2025 wordt een belasting geheven op het elektriciteitsverbruik van bedrijven.
Art. 12: Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2023.
Art. 2:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 285 tot en met 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
Het was de intentie van het stadsbestuur om bij de invoering van een belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven de belasting op drijfkracht af te schaffen. In een vorig punt wordt voorgesteld om het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 (gewijzigd op 3 december 2020) betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven te wijzigen. Gelet op de financiële toestand van het stadsbestuur is het aangewezen om voor het jaar 2022 voorlopig nog een belasting op drijfkracht te heffen.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de belasting op drijfkracht voor het jaar 2022.
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid art. 40 en art. 41;
Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KB/ABB/2019/2 van 15 februari 2019 betreffende de gemeentefiscaliteit;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 houdende de belasting op drijfkracht voor het aanslagjaar 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van heden, 2 december 2021, houdende wijziging van het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019, gewijzigd op 3 december 2020 betreffende de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven;
Gezien het de bedoeling was dat de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven in de plaats zou komen van de belasting op drijfkracht;
Gelet op de financiële toestand van het stadsbestuur;
Gezien, gelet op de financiële toestand van het stadsbestuur en het niet in werking treden van de belasting op basis van het elektriciteitsverbruik van bedrijven, een verdere belasting op drijfkracht voor het jaar 2022 noodzakelijk is;
Art. 1:
Voor het aanslagjaar 2022 wordt ten behoeve van de stad Tielt ten laste van alle handels-,
nijverheids- en landbouwbedrijven op het grondgebied van de stad die gemiddeld meer dan
10 personen hebben tewerkgesteld in het voorgaande jaar een belasting van 8,75 euro per
kilowatt geheven op de motoren, ongeacht de krachtbron waarmee zij worden voortbewogen.
Deze belasting is verschuldigd voor de motoren die de belastingplichtige voor de uitbating van zijn inrichting of van deze bijgebouwen gebruikt.
Dient als bijgebouw van een inrichting te worden beschouwd, iedere instelling of onderneming, iedere werf van welke aard ook die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de gemeente is gevestigd.
De belasting is nochtans niet verschuldigd aan de gemeente, waar de zetel van de onderneming gevestigd is, voor de motoren, gebruikt in het hierboven bepaalde bijgebouw in de mate waarin die motoren belast kunnen worden door de gemeente waar het bijgebouw gelegen is (M.O. 11.12.1957).
Wanneer, hetzij in een inrichting, hetzij in een als vorenbedoeld bijgebouw, geregeld en op duurzame wijze een verplaatsbare motor gebruikt wordt, voor de verbinding met een of meer bijgebouwen, of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting verschuldigd in de gemeente waar hetzij de inrichting, hetzij het voornaamste bijgebouw gevestigd is.
Art. 2:
De belasting wordt gevestigd op de hiernavermelde grondslagen :
a) Omvat de inrichting van de belanghebbende slechts een motor, dan wordt de belasting
gevestigd volgens de kracht, opgegeven in het besluit waarbij vergunning tot het plaatsen van de motor is verleend, of akte van die plaatsing geheven wordt.
b) Omvat de inrichting van de belanghebbende verschillende motoren, dan wordt de
belastbare kracht vastgesteld door de krachten op te tellen die zijn opgegeven in de besluiten waarbij vergunning tot het plaatsen van die motoren, of akte van die plaatsing is gegeven, en deze som te voorzien van een simultaanfactor, veranderd volgens het aantal motoren. Deze factor, gelijk aan de eenheid van een motor, wordt tot en met dertig motoren met 1/100 van de eenheid per bijkomende motor verminderd en blijft daarna onveranderd en gelijk aan 0,70 voor eenendertig motoren en meer.
Voor het vaststellen van deze simultaanfactor wordt rekening gehouden met de toestand op
1 januari van het belastingjaar of voor een nieuwe onderneming, met de toestand op datum van inwerkingstelling.
De kracht van de hydraulische toestellen wordt vastgesteld in overleg tussen de belangheb-
bende en het College van Burgemeester en Schepenen.
In geval van onenigheid staat het de belanghebbende vrij een tegenexpertise uit te
lokken.
c) Het bepaalde in de littera a) en b) van dit artikel wordt door de gemeente toegepast
naargelang het aantal motoren waarop zij krachtens art. 1 belasting heft.
Art. 3:
Zijn belastingvrij :
1/ De motoren die het gehele jaar stilliggen. Het ononderbroken stilliggen voor een duur
gelijk aan of langer dan een maand geeft aanleiding tot een belastingvermindering in verhouding tot het aantal maanden gedurende dewelke de motoren hebben stilgelegen.
Evenwel komt de verplichte vakantieperiode niet voor het bekomen van deze gedeeltelijke vermindering in aanmerking (M.O. 15.09.1975).
In geval van belastingvermindering wegens gedeeltelijk stilliggen wordt de kracht van de motor voorzien van de simultaanfactor die op de inrichting van de belanghebbende van toepassing is.
Geen belastingvermindering kan aan de belanghebbende verleend worden dan op grond van ter post aangetekende of tegen ontvangstbewijs afgegeven kennisgeving, waarbij hij
aan het gemeentebestuur, door de ene de datum van het stilleggen, en door de andere de datum der wederingangstelling van de motor(en) bekend maakt.
Voor de berekening van de belastingvermindering gaat de motorafzetting eerst in na ontvangst van eerstgenoemd bericht.
Bij afwijking van de in laatste twee zinnen voorgeschreven procedure, zal de vrijstelling ten voordele van de bouwondernemingen die verplaatsbare motoren gebruiken, volgens hierna bepaalde regels bekomen kunnen worden. Deze ondernemingen zullen, voor iedere aan de belasting onderworpen machine, een boekje moeten bijhouden, waarin de dagen worden vermeld gedurende dewelke de machine in gebruik is, evenals de werf waar zij is opgesteld.
Op het einde van het jaar zal de ondernemer zijn aangifte invullen aan de hand van deze gegevens, met dien verstande dat over de gegrondheid ervan steeds fiscaal toezicht mogelijk is.
Deze procedure is slechts toegelaten voor de bouwondernemingen die een geregelde
boekhouding voeren, tevens een schriftelijke aanvraag tot het schepencollege gericht en de toestemming van het College bekomen zullen hebben. Met een inactiviteit van een maand wordt gelijkgesteld, de inactiviteit gedurende vier achtereenvolgende weken, gevolgd door een week activiteit, indien het gebrek aan werk te wijten is aan economische oorzaken.
2/ de motoren, gebruikt voor het aandrijven van voertuigen die onder de verkeersbelasting
vallen, of speciaal van deze belasting zijn vrijgesteld.
3/ de motor van een draagbaar toestel.
4/ de motor die een elektrische generator aandrijft, voor het gedeelte van zijn vermogen,
overeenkomend met de voor het aandrijven van de generator nodige vermogen.
5/ de persluchtmotor.
6/ de motorkracht, gebruikt voor waterputtingstoestellen, om het even vanwaar het water
voortkomt, zomede de motorkracht, gebruikt voor ventilatie‑ en verlichtingstoestellen.
7/ de reservemotor, d.i. waarvan de werking niet onmisbaar is voor de normale gang van
de onderneming, en die slechts werkt in uitzonderingsgevallen, voor zover zijn werking
geen productieverhoging van de betrokken inrichting voor gevolg heeft
8/ de wisselmotor, d.i. uitsluitend bestemd voor hetzelfde werk als een andere motor, die hij
tijdelijk moet vervangen. De reserve‑ en wisselmotoren kunnen aangewend worden om terzelfder tijd te werken als welke normaal gebruikt worden gedurende de nodige tijd om de voortzetting van de productie te verzekeren.
9/ de motoren die gebruikt worden om de compressoren te bekrachtigen ter instandhouding van
het drukregime in de aardgasleidingen.
Art. 4:
Levert een onlangs geplaatste motor niet dadelijk het normaal rendement op omdat de daarmede te drijven installaties onvolledig zijn, dan wordt de niet gebruikte kracht, in kilowatt uitgedrukt, als reservekracht beschouwd, in zoverre zij de in het vergunningsbesluit opgegeven kracht met twintig procent overtreft.
Die reservekracht wordt dan voorzien van de simultaanfactor die op de inrichting van toepassing is, met dien verstande dat de aangifte om het kwartaal hernieuwd moet worden, zolang deze uitzonderingstoestand duurt. Onder "onlangs geplaatste motor" wordt verstaan, met uitzondering van alle andere, de motor waarvan de inwerkingstelling dateert van het voorgaande of van het voorlaatste jaar. In speciale gevallen mogen deze termijnen verruimd worden.
Art. 5:
De motoren die van de belasting zijn vrijgesteld wegens stilligging gedurende het ganse jaar, zomede de motoren welke bij toepassing van de bepalingen onder 2/ tot 9/ van artikel 3 vrijgesteld zijn, komen niet in aanmerking voor het bepalen van de simultaanfactor, toe te passen op de installaties van de belanghebbende.
Art. 6:
Wanneer de fabricatiemachines ten gevolge van een ongeval niet langer in staat mochten blijken om meer dan 80 % van de door een belastbare motor afgeleverde kracht te gebruiken, wordt de belastingplichtige slechts belast op de afgeleverde energie van de motor, uitgedrukt in kWh, op voorwaarde dat de gedeeltelijke activiteit minstens drie maanden duurt en dat de beschikbare kracht niet voor andere doeleinden aangewend wordt. De belanghebbende kan geen belastingvermindering bekomen dan op grond van ter post aangetekende of tegen ontvangstbewijs afgeleverde kennisgeving waarbij hij aan het gemeentebestuur door de ene de datum van het ongeval, en door de andere de datum van de wederingangstelling aangeeft. Voor de berekening van de belastingvermindering gaat de motorafzetting pas in na ontvangst van eerstgenoemd bericht. De belanghebbende moet bovendien op verzoek van het gemeentebestuur alle stukken voorleggen waaruit de waarachtigheid van zijn verklaringen nagegaan kan worden.
Buitengebruikstelling van een motor door ongeval, moet, op straffe van verlies van het recht op belastingvermindering, binnen acht dagen aan het gemeentebestuur genotificeerd worden.
Art. 7:
Bijzondere bepalingen van toepassing op sommige nijverheidsbedrijven die erom verzoeken : Wanneer de installaties van een nijverheidsbedrijf voorzien zijn van meettoestellen voor het aangeven van het maximumkwartuurvermogen, waarvan de opneming maandelijks wordt gedaan door de leverancier van elektrische energie, met het oog op de facturatie, en bijaldien dat bedrijf belast werd op grond van het bepaalde onder de artikelen 1 tot 6 gedurende een periode van minstens twee jaar, wordt het bedrag der belastingen voor de volgende dienstjaren, op verzoek van de uitbater, vastgesteld op basis van een belastbaar vermogen, bepaald in functie van de variatie, van het ene tot het andere jaar, van het rekenkundig gemiddelde der twaalf maandelijkse maximumkwartuurvermogens. Daartoe berekent het bestuur de verhouding tussen het vermogen, dat over het jongste belastingjaar aangeslagen werd op grond van het bepaalde onder de artikelen 1 en 6, en het rekenkundig gemiddelde der twaalf maandelijkse maximumkwartuurvermogens, opgenomen tijdens datzelfde jaar; die verhouding wordt "verhoudingsfactor" genoemd. Vervolgens wordt het belastbaar vermogen elk jaar berekend door vermenigvuldiging van het rekenkundig gemiddelde der twaalf maandelijkse maximumkwartuurvermogens van het jaar met de verhoudingsfaktor.
De waarde van de verhoudingsfactor wordt niet gewijzigd zolang het rekenkundig gemiddelde van de maximumkwartuurvermogens van een jaar niet meer dan 20 % verschilt van die van het refertejaar, dit is het jaar dat in aanmerking werd genomen voor de berekening van de verhoudingsfactor.
Bedraagt het verschil wel meer dan 20 %, dan telt het bestuur de belastbare elementen, teneinde een nieuwe verhoudingsfactor te berekenen.
Om het voordeel van de bepalingen van dit artikel te genieten moet de uitbater voor 31 januari van het belastingjaar een schriftelijke aanvraag bij het gemeentebestuur indienen, met opgave
van de maandelijkse waarden van het maximumkwartuurvermogen, in zijn installaties opgenomen tijdens het jaar, voorafgaande aan datgene, waarvoor hij de toepassing van onderhavige bepalingen wenst; voorts moet hij zich ertoe verbinden bij zijn jaarlijkse aan-gifte de opgave der maandelijkse waarden van het maximumkwartuurvermogen van het belastingjaar te voegen en het bestuur toe te laten ten allen tijde controle uit te oefenen op de in zijn inrichting gedane metingen van het maximumkwartuurvermogen, vermeld op de rekeningen voor levering van elektrische energie. De uitbater die deze wijze van aangifte, controle en aanslag kiest, verbindt zich door zijn keuze voor een termijn van vijf jaar. Behoudens verzet van de uitbater of van het bestuur bij het verstrijken van het optietijdvak, wordt dit stilzwijgend verlengd voor een nieuw tijdvak van vijf jaar.
ALGEMENE BEPALINGEN
Art. 8:
De telling van de belastbare elementen wordt gedaan door de beambten van het gemeentebestuur. Deze ontvangen van belanghebbende een ondertekende aangifte, gelijk aan het model dat het gemeentebestuur voorschrijft.
De belastingplichtige moet binnen de maand na de verzendingsdatum van het aangifteformulier, aangifte doen bij het gemeentebestuur. Deze aangifte bevat alle noodzakelijke inlichtingen voor het vestigen van de aanslag.
Bij gebreke van een aangifte binnen de vastgestelde termijn of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep en wordt de belasting verhoogd met 20%. Deze belastingsverhoging wordt gelijktijdig en samen met de ambtshalve belasting ingekohierd. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingschuldige beschikt over een termijn van dertig dagen te rekenen van de derde werkdag die volgt op de verzending van die betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen.
Art. 9:
De uitbater is ertoe gehouden de eventuele veranderingen of verplaatsingen van motoren welke zich in de loop van het jaar mochten hebben voorgedaan, aan het gemeentebestuur bekend te maken, behoudens wanneer hij op geldige wijze de regeling, omschreven onder artikel 7, heeft gekozen.
Art. 10:
Het kohier van deze belasting wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen, overeenkomstig het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Art. 11:
De kohieren worden ingevorderd door de financieel beheerder. De belastingschuldigen ontvangen kosteloos, door bemiddeling van de financieel beheerder, de aanslagbiljetten, uittreksels uit het kohier. Zij moeten de belasting betalen binnen twee maanden na verzending van de aanslagbiljetten. Bij gebrek aan betaling binnen deze termijn, worden de verschuldigde sommen ten voordele van de gemeente vermeerderd met nalatigheidsintresten.
De nalatigheidsintresten worden berekend volgens de regels geldend voor de rijksbelastingen op de inkomsten.
Art. 12:
De bezwaren waartoe bedoelde belasting aanleiding mocht kunnen geven, moeten op straffe van verval binnen een termijn van drie maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van de verzending van het aanslagbiljet of vanaf de kennisgeving van de aanslag, schriftelijk, ondertekend en gemotiveerd bij het College van Burgemeester en Schepenen ingediend worden.
Wat de materiële missingen betreft, zoals herhalingen van hetzelfde, rekenfouten enz. mogen de belastingschuldigen de verbetering ervan vragen, zolang de Gouverneur de budgetrekening van het jaar van de belasting niet heeft goedgekeurd.
Art. 13:
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2022
Art. 14:
Het reglement zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 286 en artikel 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
De raad van bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt van 30 november 2021 stelde de Meerjarenplanaanpassing 3 van het AGB Tielt vast. Vervolgens wordt deze meerjarenplanaanpassing ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad. De stad moet immers de financiële gevolgen dragen van de keuzes die de raad van bestuur van het AGB maakte.
In de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het AGB worden aanpassingen aangebracht aan de ramingen van zowel 2021 als van de daaropvolgende jaren. Tegelijkertijd worden de kredieten voor de exploitatie, investeringen en financiering voor het boekjaar 2022 vastgesteld.
Het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 van het AGB Tielt werd opgesteld in nauw overleg met het stadsbestuur en is financieel in evenwicht. Het beschikbaar budgettair resultaat is voor elk jaar van de planningsperiode positief en bedraagt eind 2025 € 107.200. De autofinancieringsmarge is eveneens elk jaar positief, met uitzondering van de coronajaren 2020 en 2021. In 2025, het laatste jaar van de planningsperiode, bedraagt de autofinancieringsmarge € 13.630.
De financiële implicaties voor de stad zijn verwerkt in het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt. Hierin wordt ook het geconsolideerd financieel evenwicht van stad, OCMW en AGB Tielt tot uiting gebracht.
Het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt werd toegelicht en besproken in de gemeenteraadscommissie financiën van 29 november 2021.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 241 waarbij titel 4 betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeente en het OCMW van toepassing verklaard wordt op de autonome gemeentebedrijven, artikel 242 en artikel 257;
Gelet op de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 1 september 2011 en gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 16 december 2013 en 5 december 2019, inzonderheid artikel 40 §2 betreffende de aanpassing van het meerjarenplan;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen, inzonderheid de artikelen 2 tot en met 7 en de artikelen 8 tot en met 16 betreffende het meerjarenplan;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 tot goedkeuring van het Meerjarenplan 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 3 december 2019;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 1 december 2020;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 5 oktober 2021;
Gelet op het besluit van de Raad van Bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt van 30 november 2021 tot vaststelling van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het AGB Tielt, bestaande uit de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de toelichting;
Gelet op de bijkomende documentatie bij de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, die de meerjarenplanaanpassing verder verduidelijkt;
Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt een afzonderlijke rechtspersoon is met eigen verplichtingen en verbintenissen en hiervoor afzonderlijke beleidsrapporten opmaakt;
Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt het meerjarenplan opmaakt overeenkomstig de regels van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen, dat de Raad van Bestuur van het Autonoom Gemeentebedrijf het meerjarenplan en de aanpassingen ervan vaststelt en ter goedkeuring voorlegt aan de gemeenteraad;
Overwegende dat het vroegere jaarlijkse budget voortaan geïntegreerd is in het meerjarenplan en dat de kredieten voor de exploitatie, de investeringen en de financiering voor het boekjaar 2021 vastgesteld werden in Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 en gewijzigd werden in Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025;
Overwegende dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar moet worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld en waarbij ook de kredieten van het lopende boekjaar kunnen worden aangepast;
Overwegende dat de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het AGB Tielt een aantal aanpassingen aanbrengt aan de kredieten van zowel 2021 en 2022 als van de daaropvolgende jaren en dat de kredieten voor het boekjaar 2021 gewijzigd en voor boekjaar 2022 erin vastgesteld worden;
Overwegende dat de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het AGB Tielt financieel in evenwicht is en dat de financiële implicaties ervan voor het stadsbestuur verwerkt zijn in het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt;
Overwegende dat de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt opgesteld werd in nauw overleg met het stadsbestuur, dat de doelstellingenboom gebaseerd is op die van het lokaal bestuur en dat het geconsolideerd financieel evenwicht van stad, OCMW en AGB Tielt tot uiting wordt gebracht in de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt;
Overwegende dat het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het AGB Tielt toegelicht en besproken werd in de gemeenteraadscommissie financiën van 30 november 2021;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
De Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, bestaande uit de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de toelichting, wordt goedgekeurd met volgende financiële evenwichten:
| Meerjarenplan 2020-2025 Aanpassing 3 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
| Beschikbaar budgettair resultaat |
171.542 |
36.146 |
61.168 |
79.615 |
93.570 |
107.200 |
| Autofinancieringsmarge |
-209.962 |
-131.616 |
25.022 |
18.447 |
13.955 |
13.630 |
Art. 2:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
De vaststelling van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt werd voor wat betreft het deel OCMW geagendeerd op de Raad voor Maatschappelijk Welzijn.
De gemeenteraad dient vervolgens de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt vast te stellen voor wat betreft het deel stadsbestuur.
Stad en OCMW voeren immers een geïntegreerd beleid met een gezamenlijk meerjarenplan, doelstellingenboom en financieel evenwicht, maar wel nog steeds met afzonderlijke kredieten. Dat laatste komt tot uiting in het schema met het overzicht van de kredieten (schema M3), waarin de kredieten voor stad en OCMW apart zijn opgenomen.
In het voorliggende ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 – deel Stad - worden aanpassingen aangebracht aan de ramingen van zowel 2021 als van de daaropvolgende jaren. Tegelijkertijd worden de kredieten voor de exploitatie, investeringen en financiering voor het boekjaar 2022 vastgesteld. Gezien het vroegere jaarlijkse budget niet meer bestaat als afzonderlijk beleidsrapport maar geïntegreerd is in het meerjarenplan, bevat deze derde meerjarenplanaanpassing 2020-2025 ook de kredieten voor de exploitatie, investeringen en financiering voor het boekjaar 2022. Ook de lijst met nominatieve subsidies voor 2021 en 2022 wordt vastgesteld via deze meerjarenplanaanpassing.
Voorstel van beslissing: vaststellen van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, van de aangepaste kredieten voor 2021 en van de kredieten voor 2022 – voor wat betreft het deel Stad Tielt.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 257 betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen, inzonderheid de artikelen 14 en 15 betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 tot goedkeuring van het Meerjarenplan 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, bestaande uit de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de toelichting;
Gelet op de bijkomende documentatie bij de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, die het ontwerp van meerjarenplanaanpassing verder verduidelijkt;
Overwegende dat het decreet over het lokaal bestuur een verregaande integratie tussen gemeenten en hun OCMW’s voor ogen heeft, met een gezamenlijk meerjarenplan voor stad en OCMW waarbij de doelstellingen, actieplannen en acties van stad en OCMW opgenomen zijn in één gezamenlijke doelstellingenboom en waarbij ook het financieel evenwicht beoordeeld wordt voor stad en OCMW samen;
Overwegende dat stad en OCMW Tielt niettemin afzonderlijke rechtspersonen gebleven zijn met elk hun eigen verplichtingen en verbintenissen, waardoor in het gezamenlijk meerjarenplan toch een duidelijk onderscheid blijft bestaan tussen de kredieten van de stad en de kredieten van het OCMW;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het meerjarenplan en de aanpassingen ervan elk voor hun deel vaststellen;
Overwegende dat de gemeenteraad daarna het deel van het meerjarenplan en de aanpassingen ervan zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goedkeurt, waardoor het meerjarenplan en de aanpassingen ervan in hun geheel geacht worden definitief vastgesteld te zijn;
Overwegende dat het vroegere jaarlijkse budget voortaan geïntegreerd is in het meerjarenplan en dat de kredieten voor de exploitatie, de investeringen en de financiering voor het boekjaar 2021 vastgesteld werden in Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 en gewijzigd werden in Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025;
Overwegende dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar moet worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld en waarbij ook de kredieten van het lopende boekjaar kunnen worden aangepast;
Overwegende dat het voorliggende ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 voor de entiteit Stad een aantal aanpassingen aanbrengt aan de kredieten van zowel 2021 en 2022 als van de daaropvolgende jaren en dat de kredieten voor het boekjaar 2021 gewijzigd en voor boekjaar 2022 vastgesteld worden;
Overwegende dat de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt financieel in evenwicht is, dat ook de gecorrigeerde autofinancieringsmarge elk jaar positief is en dat het geconsolideerd financieel evenwicht van stad, OCMW en AGB Tielt gegarandeerd is;
Overwegende dat het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt toegelicht en besproken werd in de gemeenteraadscommissie financiën van 29 november 2021;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
De Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, bestaande uit de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de toelichting, wordt vastgesteld voor wat het deel Stadsbestuur betreft, met volgende gezamenlijke financiële evenwichten:
| Meerjarenplan 2020-2025 Aanpassing 3 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
| Beschikbaar budgettair resultaat |
21.593.380 |
11.887.976 |
3.637.896 |
3.741.828 |
2.625.084 |
3.098.196 |
| Autofinancieringsmarge |
4.934.862 |
2.552.354 |
2.048.809 |
1.251.390 |
1.318.181 |
1.021.316 |
Art. 2:
De kredieten van het Stadsbestuur Tielt vastgesteld voor het boekjaar 2021 worden gewijzigd en de kredieten voor het boekjaar 2022 worden vastgesteld overeenkomstig het schema M3 van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025:
|
|
2021 |
2022 |
||
|
|
Uitgaven |
Ontvangsten |
Uitgaven |
Ontvangsten |
| Exploitatie |
24.222.676 |
31.956.764 |
24.115.770 |
31.350.543 |
| Investeringen |
11.950.743 |
107.216 |
14.407.935 |
4.601.970 |
| Financiering |
3.117.236 |
936.244 |
2.888.293 |
511.354 |
| Leningen en leasings |
2.315.844 |
737.749 |
2.335.710 |
337.996 |
| Toegestane leningen en betalingsuitstel |
801.392 |
198.495 |
552.583 |
173.358 |
| Overige financieringstransacties |
|
|
|
|
Art. 3:
De nominatieve subsidies van het Stadsbestuur Tielt opgenomen in de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 voor het boekjaar 2021 en het boekjaar 2022 worden goedgekeurd.
Art. 4:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van de artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
Nadat de raden de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt elk voor hun deel hebben vastgesteld, komt het de gemeenteraad toe om het deel OCMW goed te keuren. De stad moet immers de financiële gevolgen dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakte.
Door deze goedkeuring, en door de vaststelling van het deel voor het stadsbestuur, wordt het meerjarenplan in zijn geheel geacht goedgekeurd te zijn en is de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt dus definitief vastgesteld.
De voorliggende Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt is in zijn geheel financieel in evenwicht. Het beschikbaar budgettair resultaat is elk jaar van de planningsperiode positief en bedraagt eind 2025 € 3.098.196. De autofinancieringsmarge is eveneens elk jaar positief en bedraagt € 1.021.316 in 2025, het laatste jaar van de planningsperiode.
De gecorrigeerde autofinancieringsmarge, die abstractie maakt van de toegepaste financieringsvormen, is eveneens elk jaar positief. Ook het geconsolideerde financieel evenwicht van stad, OCMW en AGB Tielt samen is gegarandeerd.
Het voorliggende ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt werd toegelicht en besproken in de gemeenteraadscommissie financiën van 29 november 2021.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, voor wat betreft het deel OCMW Tielt.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 257 betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen, inzonderheid de artikelen 14 en 15 betreffende de aanpassingen van het meerjarenplan;
Gelet op het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningenstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale en de provinciale besturen, en latere wijzigingen;
Gelet op de omzendbrief KBBJ/ABB 2020/3 van 18 september 2020 over de aanpassing van de meerjarenplannen 2020-2025 van de lokale en provinciale besturen volgens de beleids- en beheerscyclus;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 tot goedkeuring van het Meerjarenplan 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, zoals vastgesteld in dezelfde zitting door de gemeenteraad voor wat betreft het deel Stad en door de raad voor maatschappelijk welzijn voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 2 december 2021 tot vaststelling van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, voor wat betreft het deel OCMW;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 2 december 2021 tot vaststelling van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, voor wat betreft het deel Stad;
Overwegende dat het decreet over het lokaal bestuur een verregaande integratie tussen gemeenten en hun OCMW’s voor ogen heeft, met een gezamenlijk meerjarenplan voor stad en OCMW waarbij de doelstellingen, actieplannen en acties van stad en OCMW opgenomen zijn in één gezamenlijke doelstellingenboom en waarbij ook het financieel evenwicht beoordeeld wordt voor stad en OCMW samen;
Overwegende dat stad en OCMW Tielt niettemin afzonderlijke rechtspersonen gebleven zijn met elk hun eigen verplichtingen en verbintenissen, waardoor in het gezamenlijk meerjarenplan toch een duidelijk onderscheid blijft bestaan tussen de kredieten van de stad en de kredieten van het OCMW;
Overwegende dat de gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn het meerjarenplan en de aanpassingen ervan elk voor hun deel vaststellen;
Overwegende dat de gemeenteraad daarna het deel van het meerjarenplan en de aanpassingen ervan zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn goedkeurt, waardoor het meerjarenplan en de aanpassingen ervan in hun geheel geacht worden definitief vastgesteld te zijn;
Overwegende dat het vroegere jaarlijkse budget voortaan geïntegreerd is in het meerjarenplan en dat de kredieten voor de exploitatie, de investeringen en de financiering voor het boekjaar 2021 vastgesteld werden in Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 en gewijzigd werden in Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025;
Overwegende dat het meerjarenplan minstens één keer per jaar moet worden aangepast, waarbij in elk geval de kredieten voor het volgende boekjaar worden vastgesteld en waarbij ook de kredieten van het lopende boekjaar kunnen worden aangepast;
Overwegende dat de vastgestelde Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 zowel voor de entiteit Stad als voor de entiteit OCMW een aantal aanpassingen aanbrengt aan de kredieten van zowel 2021 en 2022 als van de daaropvolgende jaren en dat de kredieten voor het boekjaar 2021 gewijzigd en voor boekjaar 2022 vastgesteld worden;
Overwegende dat de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt financieel in evenwicht is, dat ook de gecorrigeerde autofinancieringsmarge elk jaar positief is en dat het geconsolideerd financieel evenwicht van stad, OCMW en AGB Tielt gegarandeerd is;
Overwegende dat het ontwerp van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt toegelicht en besproken werd in de gemeenteraadscommissie financiën van 29 november 2021;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
De Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, wordt goedgekeurd voor wat het deel OCMW betreft, zoals vastgesteld door de raad voor maatschappelijk welzijn van 2 december 2021.
Art. 2:
De Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Lokaal bestuur Tielt, bestaande uit de wijzigingen van de strategische nota, de aangepaste financiële nota en de toelichting, wordt in zijn geheel vastgesteld met volgende financiële evenwichten:
| Meerjarenplan 2020-2025 Aanpassing 3 |
2020 |
2021 |
2022 |
2023 |
2024 |
2025 |
| Beschikbaar budgettair resultaat |
21.593.380 |
11.887.976 |
3.637.896 |
3.741.828 |
2.625.084 |
3.098.196 |
| Autofinancieringsmarge |
4.934.862 |
2.552.354 |
2.048.809 |
1.251.390 |
1.318.181 |
1.021.316 |
Art. 3:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van de artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
Om de investeringen die voorzien zijn in het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt te financieren, kent de stad renteloze leningen toe aan het AGB. Daartoe werd een overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 gesloten tussen stad Tielt en AGB Tielt voor een bedrag van € 1.104.150,45, die werd vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB van 29 september 2020 en goedgekeurd door de gemeenteraad van 1 oktober 2020.
Via de meerjarenplanaanpassingen 1, 2 en 3 van het AGB Tielt werd het voorziene bedrag aan investeringen voor de periode 2020-2025 echter aanzienlijk verhoogd. Om deze verhoging te financieren, dient de bestaande overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 opgeheven en hervastgesteld te worden voor een bedrag van € 1.792.317,19.
De overige modaliteiten van de overeenkomst wijzigen niet. De lening wordt periodiek en in deelsommen opgevraagd door het AGB op het moment van effectieve realisatie van de investering, waarbij het AGB deze leningen terugbetaalt aan de stad volgens het afschrijvingsritme van de investeringen waarop ze betrekking hebben.
Voorstel van beslissing: opheffen en hervaststellen van de overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 tussen stad en AGB Tielt voor een bedrag van € 1.792.317,19.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, Titel 3 – De extern verzelfstandigde agentschappen, inzonderheid artikel 234 houdende de beheersovereenkomst tussen de gemeente en het autonoom gemeentebedrijf en artikel 240 §1 betreffende het aangaan van leningen door het AGB en §3 betreffende de verwerving van goederen door het AGB en de financiering ervan;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 1 september 2011 tot oprichting van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering bij besluit van 25 november 2011;
Gelet op de statuten van Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 1 september 2011 en gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 16 december 2013 en 5 december 2019, inzonderheid artikel 7 houdende de bevoegdheden van het AGB, artikel 8 houdende het sluiten van een beheersovereenkomst tussen de stad Tielt en het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt en artikel 38 - financiering;
Gelet op de beheersovereenkomst tussen het stadsbestuur Tielt en het AGB Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 3 december 2019 en goedgekeurd door de gemeenteraad van 5 december 2019, inzonderheid artikel 25 §3 dat bepaalt dat de stad aan het AGB een renteloze lening kan toestaan;
Gelet op de beslissing van de BTW-administratie nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016 houdende het winstoogmerk van autonome gemeentebedrijven en de invloed hierop van de ontvangen subsidies vanuit de gemeente;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 5 december 2019 tot goedkeuring van het Meerjarenplan 2020-2025 van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 3 december 2019;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 1 december 2020;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 5 oktober 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 2 december 2021 tot goedkeuring van de Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de Raad van Bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021;
Gelet op de overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 tussen de stad Tielt en het AGB Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB van 29 september 2020 en goedgekeurd door de gemeenteraad van 1 oktober 2020;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021 tot opheffing en hervaststelling van de overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 tussen stad en AGB Tielt;
Overwegende dat middels besluiten van de gemeenteraad en van de raad van bestuur van het AGB van 27 april 2017 overgeschakeld werd van algemene werkingstoelagen aan het AGB naar prijssubsidies aan de gebruikers van de infrastructuur;
Overwegende dat de aan de bezoekers aangerekende tarieven moeten volstaan om de kosten van het autonoom gemeentebedrijf te dekken, waaronder de jaarlijkse afschrijvingen op de investeringsgoederen;
Overwegende dat het oorspronkelijke Meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt voorzag in nieuwe investeringen, voor een totaal bedrag van € 938.500, waar € 50.000 externe ontvangsten uit subsidies tegenover stonden, dat er bovendien voor € 215.650,45 aan niet-aangewende investeringskredieten van het vorige boekjaar werden overgedragen naar het nieuwe meerjarenplan;
Overwegende dat het AGB Tielt over onvoldoende kapitaal beschikt om deze geplande investeringen te prefinancieren;
Overwegende dat de stad ingevolge artikel 25 §3 van de beheersovereenkomst hiervoor een renteloze lening kan toestaan aan het AGB;
Overwegende dat aldus een overeenkomst van renteloze lening werd aangenomen tussen stad Tielt en AGB Tielt voor de toekenning van een renteloze lening ten bedrage van € 1.104.150,45 ter financiering van de investeringen voorzien in het meerjarenplan 2020-2025;
Overwegende dat de opeenvolgende meerjarenplanaanpassingen het investeringsbedrag voor de periode 2020-2025 verhoogden naar € 1.911.573,35, waar € 119.256,16 externe ontvangsten uit subsidies tegenover staan;
Overwegende dat de raad van bestuur van het AGB Tielt de overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 hierdoor ophief en hervaststelde voor een bedrag van € 1.792.317,19 aan door de stad aan het AGB Tielt toe te kennen renteloze leningen;
Overwegende dat de overige modaliteiten van de renteloze leningen zoals vastgelegd in de overeenkomst niet wijzigingen;
Overwegende dat het ontwerp van nieuwe overeenkomst 2020-2025 werd opgesteld in nauw overleg tussen de stad en het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt en dat de financiële gevolgen ervan verwerkt zijn in de meerjarenplanaanpassingen van het lokaal bestuur Tielt;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
De overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 tussen stad en AGB Tielt ter financiering van de investeringen opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van 1 oktober 2020, wordt opgeheven.
Art. 2:
De overeenkomst van renteloze lening 2020-2025 tussen stad en AGB Tielt ter financiering van de investeringen opgenomen in het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt, zoals hervastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 29 november 2021 wordt goedgekeurd als volgt:
Overeenkomst van Renteloze Lening
de Stad Tielt, publiekrechtelijke rechtspersoon met kantoren in het stadhuis, Markt 13 te 8700 Tielt, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de gemeenteraad, voor wie optreden mevr. Hilde Decoene, voorzitter van de gemeenteraad, en de heer Hendrik Vandenbruwane, algemeen directeur
hierna genoemd: de Leninggever,
ENERZIJDS
het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt (AGB Tielt), KBO 0841.231.312, opgericht bij gemeenteraadsbesluit van 1 september 2011 op grond van de artikelen 225 – 244 van het gemeentedecreet, met maatschappelijke zetel in het stedelijk Administratief Centrum, Markt 13 te 8700 Tielt, rechtsgeldig vertegenwoordigd door de raad van bestuur, voor wie optreedt dhr. Luc Vannieuwenhuyze, voorzitter van de raad van bestuur, en de heer Hendrik Vandenbruwane, secretaris van het AGB Tielt, handelend in uitvoering van artikel 20 van de Statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt
hierna genoemd: de Leningnemer
ANDERZIJDS
Hierna samen genoemd ‘de Partijen’ en elk afzonderlijk ‘een Partij’,
HOOFDSTUK 1 – ALGEMENE BEPALINGEN
§ 1. In zitting van 1 september 2011 werd door de gemeenteraad van de stad het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt opgericht, met als doel ‘het beheer, de exploitatie, de rendabilisering en de valorisering van het patrimonium behorend tot het openbaar en privaat domein waarvan het eigenaar is of waarop, ongeacht de rechtstechniek, door de stad een beheers- en gebruiksrecht wordt toegekend, evenals de exploitatie van infrastructuren bestemd voor culturele, toeristische, sportieve activiteiten of voor ontspanningsdoeleinden’.
In deze zelfde zitting werden ook de statuten van het AGB door de gemeenteraad van de stad goedgekeurd.
De oprichtingsbeslissing en de statuten werden ter goedkeuring aan de Vlaamse regering overgemaakt.
In zitting van de gemeenteraad van 16 december 2013 werden de statuten een eerste maal gewijzigd.
In zitting van de gemeenteraad van 5 december 2019 werden de statuten een tweede maal gewijzigd. De gecoördineerde statuten zijn te raadplegen op de website van stad Tielt.
§ 2. Deze overeenkomst wordt gesloten in uitvoering van :
- Artikel 240 §1 van het Decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, dat bepaalt dat autonome gemeentebedrijven leningen kunnen aangaan en giften of toelagen kan ontvangen binnen de grenzen, vastgesteld in de statuten en de beheersovereenkomst.
- Artikel 240 §3 van het Decreet over het lokaal bestuur en artikel 7 van de statuten van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, dat bepaalt dat het AGB, binnen de grenzen van haar doel, vrij mag beslissen over de verwerving, de aanwending en de vervreemding van zijn lichamelijke en onlichamelijke goederen, de vestiging of de opheffing van de zakelijke rechten op die goederen, alsook over de uitvoering van dergelijke beslissingen en over hun financiering.
- Artikel 8 van de statuten, dat bepaalt dat de beheersovereenkomst tussen de stad en het AGB onder andere de voorwaarden dient vast te leggen waaronder eigen inkomsten of andere financieringen mogen worden verworven en aangewend.
- Artikel 38 van de statuten – financiering, dat stelt dat de raad van bestuur van het AGB vrij beslist over de omvang, de technieken en de voorwaarden van zijn externe financiering, waaronder het ontvangen van toelagen, giften en legaten en het aangaan van leningen.
- Artikel 25 §3 van de beheersovereenkomst tussen de stad en het AGB Tielt, dat in de mogelijkheid voorziet voor de stad om renteloze leningen toe te staan aan het AGB Tielt.
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder :
- Beheersovereenkomst : de overeenkomst gesloten tussen de Stad en het AGB, in uitvoering van artikel 234 van het decreet over het lokaal bestuur en artikel 8 van de Statuten van het AGB, goedgekeurd door de gemeenteraad van de stad in zitting van 5 december 2019 en door de Raad van Bestuur van het AGB in zitting van 3 december 2019;
- Statuten : de statuten van het AGB, zoals goedgekeurd door de gemeenteraad van de Stad in zitting van 1 september 2011 en gewijzigd in zitting van 16 december 2013 en van 5 december 2019;
- Infrastructuur : de infrastructuur bedoeld in artikel 7 van de beheersovereenkomst;
- Deelsom : het deel van de lening dat per aanvraag, per afschrijvingstermijn en per boekjaar opgevraagd wordt.
§ 1. De Leninggever verstrekt aan de Leningnemer een lening ten bedrage van de investeringen die voor de periode 2020-2025 voorzien zijn in het Meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt, na overdracht van de niet-aangewende kredieten van het boekjaar 2019, en na aftrek van de in het Meerjarenplan 2020-2025 voorziene of geboekte investeringsontvangsten, zijnde een hoofdsom ten bedrage van € 1.792.317,19.
§ 2. De hoofdsom wordt door de Leninggever verstrekt aan de Leningnemer ten kostelozen titel.
De Leningnemer zal de deelsommen van de lening uitsluitend aanwenden voor de financiering van investeringen die opgenomen zijn in het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB Tielt. Het kan hierbij gaan om investeringen:
- zowel in roerende als in onroerende activa of zakelijke rechten;
- zowel in materiële als in immateriële of financiële activa;
- zowel in de toeristische als in de sportinfrastructuur
§ 1. De lening wordt door de Leninggever niet in hoofdsom verstrekt bij goedkeuring van de overeenkomst, maar zal in deelsommen ter beschikking gesteld worden van de Leningnemer op basis van periodieke aanvragen.
§ 2. De deelsommen worden periodiek opgevraagd bij de effectieve realisatie van de investeringen. Afhankelijk van de financieringsbehoefte en de liquiditeitspositie van het AGB kunnen deze deelsommen gebundeld worden in 1 of meerdere aanvragen. Een dergelijke periodieke aanvraag zal in elk geval minstens 1 maal per boekjaar dienen te gebeuren voor de in dat jaar gerealiseerde investeringen.
§ 3. Om een deelsom op te vragen richt de Leningnemer hiertoe een schriftelijke aanvraag aan de Leninggever. Op de aanvraag staat een duidelijke omschrijving van de te financieren investering, met inbegrip van de afschrijvingstermijn die gehanteerd zal worden.
§ 4. De Leninggever verbindt er zich toe om de deelsom ter beschikking te stellen van de Leningnemer binnen een termijn van 60 dagen na ontvangst van de aanvraag, binnen de grenzen van het hiervoor voorziene budget van de stad en voor zover de aanvraag beantwoordt aan de modaliteiten van onderhavige overeenkomst.
§ 5. Er worden door de Leninggever geen andere zekerheden geëist van de Leningnemer dan die welke in onderhavige overeenkomst zijn opgenomen.
§ 1. De terugbetaling van de deelsommen van de lening in kapitaal door de Leningnemer aan de Leninggever zal plaatsvinden volgens het afschrijvingsritme van de investeringen waarop ze betrekking hebben. Dit afschrijvingsritme blijkt uit de inventaris van het actief opgenomen in de boekhouding van de Leningnemer.
§ 2. De periodieke aflossing van de deelsommen door de Leningnemer vindt éénmaal per jaar plaats, waarbij de aflossingen ten laatste op 31 december van elk jaar overgemaakt worden op een rekening daartoe aangeduid door de Leninggever.
§ 3. De eerste aflossing van een ontvangen deelsom vindt plaats voor 31 december van het jaar volgende op het jaar waarin de deelsom opgevraagd werd.
§ 4. De jaarlijkse aflossing door de Leningnemer gaat gepaard met een gedetailleerd uittreksel uit de boekhouding van de Leningnemer, waaruit per investering de termijnen en bedragen van de afschrijving blijken.
§ 5. De bepalingen van artikel 6 §1-4 gelden voor zover de deelsom niet met inachtneming van de bepalingen van onderhavige overeenkomst vervroegd werden afgelost.
§ 6. De Leningnemer is in geen enkele mogelijke vorm rente verschuldigd over de lening of de deelsommen en zal deze ten kostelozen titel verkrijgen van de Leninggever.
§ 1. De Leningnemer zal op 31 december van elk jaar de lening geheel of gedeeltelijk vervroegd mogen aflossen zonder vooropzegperiode.
§ 2. Bij de vervroegde aflossing van de lening of een deel van de lening zal de Leningnemer geen wederbeleggingsvergoeding verschuldigd zijn aan de Leninggever.
Het niet afgeloste deel van de lening en de overige door de Leningnemer aan de Leninggever verschuldigde bedragen die uit hoofde van deze overeenkomst tot stand zijn gekomen, zullen zonder voorafgaande ingebrekestelling door de Leninggever opeisbaar gesteld kunnen worden - en de Leningnemer zal derhalve jegens de Leninggever in verzuim zijn - in de volgende gevallen:
(a) wanneer de Leningnemer wordt ontbonden;
(b) indien en zodra de Leningnemer in verzuim verkeert ten aanzien van één of meer verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst.
§ 1. Indien een vordering opeisbaar uit hoofde van deze overeenkomst door de Leningnemer niet wordt betaald aan de Leninggever op de datum opgenomen of vastgesteld zoals uiteengezet in deze overeenkomst, zal de Leningnemer, op verzoek van de Leninggever, aan de Leninggever rente verschuldigd zijn op het bedrag van de opeisbare vordering, aan de rentevoet van 3% op de verschillende deelsommen per jaar, vanaf de datum van opeisbaarheid van de vordering tot de datum van daadwerkelijke betaling.
§ 2. De rente zal berekend worden op basis van een jaar van 365 dagen bestaande uit 12 maanden van elk 30 dagen en in het geval van een onvolledige maand, op basis van het aantal dagen dat is verstreken.
§ 1. De Overeenkomst treedt in werking met onmiddellijke ingang. Deelsommen van de lening kunnen door de Leningnemer opgevraagd worden voor investeringen waarvan de verbintenis aangegaan werd met kredieten van de jaren 2020 tot en met 2025. De kredieten van 2020 omvatten ook de overgedragen niet-aangewende investeringskredieten van het boekjaar 2019.
§ 2. Op het moment dat de overeenkomst een einde neemt of deelsommen overeenkomstig §1 van huidig artikel niet langer kunnen opgevraagd worden, komt het niet opgevraagde deel van de lening te vervallen.
Bij opzegging of opeising van de lening om welke reden ook, blijft deze overeenkomst van kracht zolang de Leningnemer niet aan al zijn verplichtingen uit hoofde van deze overeenkomst jegens de Leninggever heeft voldaan.
§ 1. Indien een bepaling in deze overeenkomst geacht wordt geheel of gedeeltelijk onwettig, ongeldig of onafdwingbaar te zijn krachtens een toepasselijk recht van welke aard ook, wordt die bepaling geacht geen deel uit te maken van deze overeenkomst en zal de rechtsgeldigheid, de geldigheid of de afdwingbaarheid van de resterende bepalingen van deze overeenkomst niet worden aangetast. De nietigheid van eender welke clausule van deze overeenkomst kan niet leiden tot de nietigheid van de gehele overeenkomst.
§ 2 In voorkomend geval verbinden Partijen zich ertoe om te goeder trouw en met respect van het toepasselijke recht, desalniettemin, in economisch en praktisch opzicht maximaal te handelen naar de geest en het doel van deze onwettige, ongeldige of onafdwingbare bepaling bij de totstandkoming van de overeenkomst. Dergelijke handelswijze kan bestaan uit hetzij het louter buiten toepassing laten van deze onwettige, ongeldige of onafdwingbare bepaling, hetzij te voorzien in een geldige vervangende bepaling.
§ 1. Wijzigingen in functie van de toepasselijke wetgeving
Partijen verbinden zich ertoe om deze Overeenkomst aan te passen aan elke wijziging in de toepasselijke regelgeving, althans in de mate dat deze regelgeving dit vereist en dit binnen de opgelegde termijn.
§ 2. Wijzigingen in functie van de statuten, de beheersovereenkomst of andere afspraken tussen Partijen
Partijen verbinden zich ertoe om deze overeenkomst zo vlug mogelijk in overeenstemming te brengen met eventuele wijzigingen, aangebracht in de statuten, de beheersovereenkomst en elke andere afspraak tussen Partijen.
§ 3. Wijzigingen in functie van de meerjarenplannen
Partijen verbinden zich ertoe om deze overeenkomst zo vlug mogelijk in overeenstemming te brengen met de meerjarenplannen van het AGB en de stad Tielt, althans in de mate dat de aanpassing van de voorziene investeringskredieten in de meerjarenplannen een wijziging van deze overeenkomst noodzakelijk maken. Dergelijke wijzigingen kunnen echter geen verlenging van de huidige overeenkomst tot gevolg hebben.
§ 4. Wijzigingen in de vorm van addenda
Wijzigingen, bedoeld in dit artikel van deze overeenkomst, nemen de vorm aan hetzij van een nieuwe, aangepaste overeenkomst, hetzij van addenda, gevoegd bij deze overeenkomst. Deze addenda hebben dezelfde rechtskracht als deze overeenkomst en maken er integraal deel van uit.
Alle kennisgevingen in verband met deze overeenkomst moeten schriftelijk en in het Nederlands gebeuren.
Tenzij uitdrukkelijk anders bepaald in deze overeenkomst, mogen deze kennisgevingen plaatsvinden per mail of faxbericht.
Voor beide Partijen geldt dat deze kennisgevingen geacht worden geldig te zijn indien ze verstuurd worden naar de adressen opgenomen in het inleidend gedeelte van deze overeenkomst of naar elk ander adres dat een Partij kan meedelen aan de andere Partij in overeenstemming met dit artikel.
De Leningnemer heeft niet het recht om zijn rechten en verplichtingen, op grond van deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk over te dragen. De Leninggever heeft het recht om zijn rechten en verplichtingen, op grond van deze overeenkomst geheel of gedeeltelijk over te dragen aan andere partijen waarvan de meerderheid van de aandelen direct of indirect worden gehouden door gemeentelijke overheden.
De overeenkomst is onderworpen aan het Belgische recht en zal overeenkomstig het Belgische recht worden geïnterpreteerd.
Ieder geschil met betrekking tot de geldigheid, de interpretatie, de uitvoering en de beëindiging van deze overeenkomst behoort tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het gerechtelijk arrondissement Brugge.
Vooraleer een geschil aan de bevoegde rechtbank voor te leggen, verbinden Partijen zich ertoe te goeder trouw en met inachtname van de redelijke belangen van de andere Partij te onderhandelen met het oog op het bereiken van een minnelijke regeling.
Daartoe zal de eisende Partij de andere Partij bij aangetekend schrijven kennis geven van de aard van het geschil en de mogelijke oplossingen.
Art. 3:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van de artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
In het licht van de BTW-richtlijn nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016, stelde de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021 nieuwe tarieven vast voor het gebruik van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB. De gebruikstarieven aangerekend door het AGB moeten immers kostendekkend zijn om het winstoogmerk van het AGB te kunnen verantwoorden. De aanpassing van de tarieven gebeurde in het kader van de recente exploitatie van een aantal nieuwe infrastructuren en van het investeringsprogramma van het aangepaste meerjarenplan 2020-2025.
Het doorrekenen van de volledige kostprijs aan de gebruiker brengt echter de toegankelijkheid van de sport- en toeristische infrastructuur voor alle particulieren en verenigingen in het gedrang. Daarom stelde de gemeenteraad van 27 april 2017 voor het vorige tariefreglement maximumtarieven voor de gebruikers vast. Het verschil tussen deze maximumtarieven en de door het AGB vastgestelde tarieven werd gefinancierd via prijssubsidies aan de individuele gebruiker, die via een derdebetalersregeling door de stad aan het AGB overgemaakt werden.
De maximumtarieven zoals vastgelegd in het besluit van 27 april 2017 wijzigen niet, maar worden aangevuld met maximumtarieven voor de nieuwe infrastructuur: de padelterreinen en de gebouwen Sint-Paulus op Watewy en de lokalen van huis Mulle de Terschueren.
Voorstel van beslissing: wijziging van de maximumtarieven voor gebruikers van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB Tielt zoals vastgesteld door de gemeenteraad van 27 april 2021 en goedkeuren van prijssubsidies via een derdebetalersregeling.
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, Titel 3 – De extern verzelfstandigde agentschappen, inzonderheid artikel 234 houdende de beheersovereenkomst tussen de gemeente en het autonoom gemeentebedrijf en artikel 240 §4 houdende het vaststellen van de tarieven en tariefstructuren door het autonoom gemeentebedrijf;
Gelet op de beslissing van de BTW-administratie nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016 houdende het winstoogmerk van autonome gemeentebedrijven en de invloed hierop van de ontvangen subsidies vanuit de gemeente;
Gelet op de circulaire 2021/C/57 van 11 juni 2021 van de BTW-administratie betreffende de beoordeling van de al dan niet aanwezigheid van een winstoogmerk in hoofde van een autonoom gemeentebedrijf;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 april 2011 tot hervaststelling van de tarieven voor het gebruik van de stedelijke sportinfrastructuur ingevolge de ingebruikname van de nieuwe sporthal;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 1 september 2011 tot oprichting van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering bij besluit van 25 november 2011;
Gelet op de statuten van Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 1 september 2011 en gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 16 december 2013 en 5 december 2019, inzonderheid art. 7 houdende de bevoegdheden van het AGB, art. 8 houdende het sluiten van een beheers-overeenkomst tussen de stad Tielt en het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt en hoofdstuk 5 - financiering;
Gelet op de beheersovereenkomst tussen het stadsbestuur Tielt en het AGB Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 3 december 2019 en goedgekeurd door de gemeenteraad van 5 december 2019, inzonderheid artikel 13 – tarifiëring en hoofdstuk 8 – financiering;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 27 april 2017 houdende de vaststelling van de maximumtarieven voor gebruikers van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB Tielt en toekennen van prijssubsidies vanaf 1 januari 2017;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 3 december 2020 houdende de goedkeuring van Meerjarenplanaanpassing 1 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 1 december 2020;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 houdende de goedkeuring van Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 5 oktober 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 2 december 2021 houdende de goedkeuring van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 29 september 2020 houdende goedkeuring van het reglement zaalverhuur ’t Zolderke sporthal Aarsele;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 12 april 2021 houdende goedkeuring van het regelment zaalverhuur Sint-Paulus Watewy;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 18 mei 2021 houdende goedkeuring van het gebruikersreglement voor de padelterreinen Watewy;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021 houdende goedkeuring van het reglement voor het gebruik van zaal Mulle de Terschueren;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021 houdende de wijziging van het besluit van de raad van bestuur van 27 april 2017 tot vaststelling van de tarieven voor het gebruik van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB;
Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt werd opgericht met als doel “het beheer, de exploitatie, de rendabilisering en de valorisering van het patrimonium behorend tot het openbaar en privaat domein waarvan het eigenaar is of waarop, ongeacht de rechtstechniek, door de Stad Tielt een beheers- en gebruiksrecht wordt toegekend, evenals de exploitatie van infrastructuren bestemd voor culturele, toeristische, sportieve activiteiten of voor ontspanningsdoeleinden”;
Overwegende dat het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt een instelling met winstoogmerk is waarbij, overeenkomstig artikel 43 van de statuten, het saldo van de winst uitgekeerd wordt aan de stad Tielt;
Overwegende dat de gebruikstarieven voor de toeristische en sportinfrastructuur, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt, ingevolge de BTW-richtlijn moeten volstaan om de kosten van het AGB te dekken ten einde het winstoogmerk van het AGB te kunnen vaststellen;
Overwegende dat de raad van bestuur van het AGB Tielt in zitting van 30 november 2021 de tarieven vanaf 2022 wijzigde in het licht van de verwachte stijgende kosten als gevolg van het uitbreiden van het investeringsplan in de meerjarenplanaanpassingen 2020-2025 en in het licht van de exploitatie van een aantal nieuwe zalen en infrastructuur, met name de padelterreinen en de lokalen Sint-Paulus op Watewy, ’t Zolderke in de sporthal Aarsele en de lokalen van huis Mulle de Terschueren;
Overwegende dat het doorrekenen van de volledige kostprijs aan de gebruiker de toegankelijkheid van de sport- en toeristische infrastructuur voor alle particulieren en verenigingen in het gedrang brengt;
Overwegende dat het derhalve verantwoord is om voor de gebruikers maximumtarieven vast te leggen die lager liggen dan de door de Raad van Bestuur van het AGB vastgestelde tarieven;
Overwegende dat de stad Tielt zich er in dat geval overeenkomstig artikel 22 en 25 §2 van de beheersovereenkomst toe verbindt om het verschil tussen de door het AGB vastgestelde tarieven en de door de stad vastgelegde maximumtarieven te financieren middels een prijssubsidie inclusief BTW aan de individuele gebruiker;
Overwegende dat de stad deze prijssubsidies zal overmaken aan het AGB bij wijze van derdebetalersregeling;
Overwegende dat het toevoegen van nieuwe infrastructuur een wijziging van het besluit betreffende de maximumtarieven noodzakelijk maakt;
Overwegende dat de nieuwe tarieven vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB jaarlijks geïndexeerd worden overeenkomstig artikel 13 §2 van de beheersovereenkomst en autonoom aangepast kunnen worden in functie van het winstoogmerk tot maximum 15% boven de tarieven van het laatst door de gemeenteraad goedgekeurde tariefreglement;
Overwegende dat het ontwerp besproken werd in zitting van de gemeenteraadscommissie financiën van 29 november 2021;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
Het besluit van de gemeenteraad van 7 april 2017 tot vaststelling van de maximumtarieven voor gebruikers van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB Tielt en toekennen van prijssubsidies wordt opgeheven.
Art. 2:
Het tariefreglement voor gebruik van de toeristische en sportinfrastructuur van het AGB Tielt vanaf 1 januari 2022, zoals vastgesteld door Raad van bestuur van het AGB Tielt in zitting van 30 november 2021, wordt goedgekeurd.
Art. 3:
De raad van bestuur van het AGB wordt gemachtigd om de vastgelegde tarieven – geheel of gedeeltelijk - te verhogen met een maximum van 15% ten opzichte van het tariefreglement zoals bedoeld in artikel 2 van huidig besluit.
Een tariefreglement waarin de tarieven – geheel of gedeeltelijk - meer dan 15% hoger liggen dan de overeenkomstige tarieven in het tariefreglement, moet opnieuw ter goedkeuring voorgelegd worden aan de gemeenteraad.
Art. 4:
Met ingang van 1 januari 2022 worden de maximale tarieven aan te rekenen aan derden voor het gebruik van de sport- en toeristische infrastructuur vastgesteld als volgt:
| Tarieven sporthallen, buitenterreinen, zwembad en toeristische infrastructuur |
|
|
|
||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Dagvergoeding gebruik sporthallen, buitenterreinen, zwembad |
|
|
|
||||||||||||
|
|
Dagvergoeding eenmalige sportmanifestaties, niet bezoldigd: |
|
75,00 |
euro |
|
||||||||||
|
|
idem voor sportclubs aangesloten bij stedelijke sportraad: |
|
37,50 |
euro |
|
||||||||||
|
|
idem voor verenigingen aangesloten bij andere Tieltse adviesraden, |
|
|
|
|||||||||||
|
|
één keer per jaar (overeenkomst Tieltse adviesraden): |
|
37,50 |
euro |
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Basistarieven |
|
|
|
|
|
|
|||||||||
|
|
Basistarieven sporthallen |
|
|
|
|
|
|
||||||||
| * |
1/3e zaal sporthal Tielt en gebruik zaal turnhal z/ toestellen per uur |
5,00 |
euro |
|
|||||||||||
| * |
Topturnhal per uur |
|
|
|
10,00 |
euro |
|
||||||||
| * |
Squashzaal per uur |
|
|
|
7,00 |
euro |
|
||||||||
| * |
Squashzaal per half uur |
|
|
|
4,00 |
euro |
|
||||||||
| * |
Parketzaal per uur |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
| * |
Polyvalente zaal sporthal Tielt per uur |
|
|
|
3,25 |
euro |
|
||||||||
| * |
Polyvalente ruimte per uur |
|
|
|
2,50 |
euro |
|
||||||||
| * |
Sporthal Aarsele voor 1/3e zaal per uur |
|
|
|
3,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarieven cafetaria ’t Zolderke Aarsele per dag |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel weekend |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk weekend |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Beschikbaar voor gebruikers in |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Categorie A: Stad Tielt, OCMW Tielt en stedelijke adviesraden (100%) |
|
|||||||||||||
|
|
Categorie B: Tieltse verenigingen en Tieltse onderwijsinstanties (100%) |
||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarieven huur Sint-Paulus per dag |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Grote zaal |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Kleine zaal |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Bar – keuken |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Lokaal 1 |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Lokaal 2 |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Socio-cultureel |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Beschikbaar voor gebruikers in |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Categorie A: Stad Tielt, OCMW Tielt en stedelijke adviesraden (100%) |
|
|||||||||||||
|
|
Categorie B: Tieltse verenigingen en Tieltse onderwijsinstanties (100%) |
||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarieven buitenterreinen |
|
|
|
|
|
|
||||||||
| * |
Basistarief voor 1 voetbalterrein per uur: |
|
|
|
6,25 |
euro |
|
||||||||
| * |
Basistarief voor 1 voetbalterrein met verlichting per uur: |
|
|
12,50 |
euro |
|
|||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarieven padelterreinen |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarief voor 90 minuten speeltijd per persoon tijdens de daluren |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Tieltse privépersoon |
|
|
|
4,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Tieltse club |
|
|
|
2,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Tieltse onderwijsinstantie |
|
|
|
2,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-Tielts of commercieel |
|
|
|
9,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarief voor 90 minuten speeltijd per persoon tijdens de piekuren |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Tieltse privépersoon |
|
|
|
6,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Tieltse club |
|
|
|
3,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Tieltse onderwijsinstantie |
|
|
|
4,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Niet-Tielts of commercieel |
|
|
|
12,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Basistarieven zwembad |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Tarieven voor één zwembeurt |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
Kinderen jonger dan zes jaar zwemmen gratis |
|
|
|
|
|
|||||||||
|
|
Kinderen, mindervaliden, senioren vanaf 55 jaar: |
|
|
1,25 |
euro |
|
|||||||||
|
|
Volwassenen: |
|
|
|
1,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Abonnementen 10 beurtenkaart en groepstarief vanaf 10 personen, |
|
|
|
|||||||||||
|
|
Kinderen vanaf zes jaar: |
|
|
|
10,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Volwassenen: |
|
|
|
12,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
Jaarabonnement kinderen vanaf zes jaar: |
|
|
|
37,50 |
euro |
|
||||||||
|
|
volwassenen: |
|
|
|
50,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
Schooltarief: |
|
|
|
0,60 |
euro |
|
||||||||
|
|
Verhuring volledig zwembad |
|
|
|
|
|
|
||||||||
| * |
eenmalig per uur zonder redder: |
|
|
|
20,00 |
euro |
|
||||||||
| * |
volledig jaar 1 uur per week zonder redder: |
|
|
|
500,00 |
euro |
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Aanpassingen van basistarieven met een * sterretje ivm de gebruiker |
|
|
|
||||||||||||
|
|
niet - Tieltse gebruikers: |
|
|
200% |
|
|
|
||||||||
|
|
privé gebruik bezoldigd volwassenen Tieltenaren : |
|
130% |
|
|
|
|||||||||
|
|
privé gebruik bezoldigd jeugdopleiding Tieltenaren : |
|
110% |
|
|
|
|||||||||
|
privé gebruik niet bezoldigd Tieltenaren : |
|
|
100% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
scholen: |
|
|
50% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||
| Aanpassingen van basistarieven met een * sterretje voor veelvuldig gebruik |
|
|
|
||||||||||||
|
|
alleen voor sportclubs aangesloten bij Tieltse sportraad, onbezoldigd |
|
|
|
|||||||||||
|
|
Aanpassing voor veelvuldig gebruik per week |
< 5 u/w |
< 10 u/w |
≥ 10 u/w |
|
|
|
|
|||||||
|
|
recreatiesport volwassenen: |
90% |
85% |
80% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
recreatiesport jeugdopleiding: |
70% |
60% |
50% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
competitiesport volwassenen: |
70% |
65% |
60% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
competitiesport jeugd: |
50% |
40% |
30% |
|
|
|
|
|||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||
| Kortingen voor het zelf uitvoeren van onderhoudstaken |
|
|
|
|
|
||||||||||
|
|
korting voor het zelf kuisen van de voetbalkleedkamers: |
|
|
1,25 |
euro |
|
|
||||||||
|
|
per uur terreingebruik |
|
|
|
|
|
|
|
|||||||
|
|
korting voor het zelf aanleggen van de voetbalbelijning: |
|
|
7,50 |
euro |
|
|
||||||||
|
|
niet voor het bijschilderen, forfait per competitieweek (maximum 30) |
|
|
|
|
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||||||
| Annulatiebedrag voor 1 uur, 1/3e zaal |
90% |
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Toeristische infrastructuur: |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Tarieven bezoekerscentra |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Tarief bezoek Europazolder per persoon |
|
|
|
0,00 |
euro |
|
|
||||||||
| Tarief bezoekerscentrum Mulle per persoon |
|
|
|
0,00 |
euro |
|
|
||||||||
| Tarief bezoekerscentrum WO I per persoon |
|
|
|
0,00 |
euro |
|
|
||||||||
| Tarief bezoekerscentrum Poelberg per persoon |
|
|
|
0,00 |
euro |
|
|
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Basistarieven huur Mulle de Terschueren per dag |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Koetshuis |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Socio-cultureel |
|
|
|
21,50 |
euro |
|
|
||||||||
| Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,50 |
euro |
|
|
||||||||
| Herenhuis – Tuinzaal |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Socio-cultureel |
|
|
|
21,50 |
euro |
|
|
||||||||
| Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,50 |
euro |
|
|
||||||||
| Herenhuis – Zolder |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Socio-cultureel |
|
|
|
32,00 |
euro |
|
|
||||||||
| Niet-publiekstoegankelijk |
|
|
|
5,50 |
euro |
|
|
||||||||
| Beschikbaar voor gebruikers in |
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
| Categorie A: Stad Tielt, OCMW Tielt en stedelijke adviesraden (100%) |
|
||||||||||||||
| Categorie B: Tieltse verenigingen en Tieltse onderwijsinstanties (100%) |
|
||||||||||||||
| Categorie C: Tieltse privé-personen (enkel Koetshuis, 150%) |
|
|
|||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||||||||
Art. 5:
Bovenstaande maximumtarieven zijn de tarieven inclusief BTW.
Art. 6:
Stad Tielt verbindt zich ertoe om het verschil tussen de door het AGB vastgestelde tarieven zoals bedoeld in artikel 2 van onderhavig besluit en de door de stad in artikel 4 vastgelegde maximumtarieven te financieren middels een prijssubsidie inclusief BTW aan de individuele gebruiker.
Stad Tielt zal de prijssubsidies overmaken aan het AGB bij wijze van derdebetalersregeling na het voorleggen van de nodige stavingsstukken door deze laatste.
Art. 7:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van de artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur
Voor het boekjaar 2020 leed het AGB een verlies van € 223.200,74. Uit de meerjarenplanaanpassingen 2 en 3 van het AGB blijkt dat ook voor de eerste drie kwartalen van boekjaar 2021 een aanzienlijk verlies zal geboekt worden. Deze verliezen zijn uitsluitend en rechtstreeks het gevolg van de door het hogere overheden genomen maatregelen ter bestrijding van de COVID-19 pandemie.
De gemeenteraad ondertekende een letter of comfort waarin de stad Tielt bevestigt de nodige maatregelen te zullen nemen om de bedrijfscontinuïteit van het AGB Tielt te garanderen. Aangezien de geleden financiële verliezen de liquiditeitspositie van het AGB sterk hebben aangetast, besliste de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021 om aan de stad de toekenning van een éénmalige coronatoelage van € 100.000 aan te vragen.
Een dergelijke gemeentelijke toelage ter dekking van de geleden verliezen van het AGB tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 als gevolg van de COVID-19 pandemie is vrijgesteld van BTW en van vennootschapsbelasting wanneer ze wordt betaald of toegekend voor 31 december 2021. Ze zal ook niet meegenomen worden in de beoordeling van het winstoogmerk van het AGB.
Voorstel van beslissing: toekennen van een éénmalige coronatoelage van € 100.000 aan het AGB Tielt ter gedeeltelijke compensatie van de economische verliezen geleden door het AGB Tielt tijdens de eerste 3 kwartalen van 2021 als gevolg van de maatregelen door hogere overheden genomen ter bestrijding van de COVID-19 pandemie.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen;
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, Titel 3 – De extern verzelfstandigde agentschappen, inzonderheid artikel 234 houdende de beheersovereenkomst tussen de gemeente en het autonoom gemeentebedrijf;
Gelet op de wet van 29 mei 2020 houdende diverse dringende fiscale bepalingen ten gevolge van de COVID-19-pandemie, zowals gewijzigd bij wet van 20 december 2020 en bij wet van 2 april 2021 houdende tijdelijke ondersteuningsmaatregelen ten gevolge van de COVID-19 pandemie, inzonderheid artikel 6 houdende de vrijstelling van inkomstenbelastingen voor vergoedingen die door de gewesten, gemeenschappen, provincies of gemeenten worden toegekend voor de economische gevolgen die belastingplichtigen ondervinden naar aanleiding van de COVID-19 pandemie;
Gelet op de beslissing van de BTW-administratie nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016 houdende het winstoogmerk van autonome gemeentebedrijven en de invloed hierop van de ontvangen subsidies vanuit de gemeente;
Gelet op de circulaire 2021/C/57 van 11 juni 2021 van de BTW-administratie betreffende de beoordeling van de al dan niet aanwezigheid van een winstoogmerk in hoofde van een autonoom gemeentebedrijf;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 1 september 2011 tot oprichting van het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, zoals goedgekeurd door de Vlaamse regering bij besluit van 25 november 2011;
Gelet op de statuten van Autonoom Gemeentebedrijf Tielt, goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 1 september 2011 en gewijzigd in zitting van de gemeenteraad van 16 december 2013 en 5 december 2019, inzonderheid artikel 7 houdende de bevoegdheden van het AGB, artikel 8 houdende het sluiten van een beheersovereenkomst tussen de stad Tielt en het Autonoom Gemeentebedrijf Tielt en hoofdstuk 5 - financiering;
Gelet op de beheersovereenkomst tussen het stadsbestuur Tielt en het AGB Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 3 december 2019 en goedgekeurd door de gemeenteraad van 5 december 2019, inzonderheid hoofdstuk 8 - financiering;
Gelet op de besluiten van de gemeenteraad van 1 oktober 2020 en 1 juli 2021 houdende de goedkeuring van een letter of comfort ten behoeve van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals aangevraagd door de raad van bestuur van het AGB van 29 september 2020 en 29 juni 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 1 juli 2021 houdende de goedkeuring van de jaarrekening 2020 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB van 29 juni 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 7 oktober 2021 houdende de goedkeuring van Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 5 oktober 2021;
Gelet op het besluit van de gemeenteraad van 2 december 2021 houdende de goedkeuring van Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het Autonoom gemeentebedrijf Tielt, zoals vastgesteld door de raad van bestuur van het AGB Tielt van 30 november 2021;
Gelet op het besluit van de raad van bestuur van 30 november 2021 houdende de aanvraag van een éénmalige coronatoelage van € 100.000 aan stad Tielt ter gedeeltelijke compensatie van de economische verliezen geleden door het AGB Tielt tijdens de eerste 3 kwartalen van 2021 als gevolg van de maatregelen door hogere overheden genomen ter bestrijding van de COVID-19 pandemie;
Overwegende dat het Autonoom gemeentebedrijf Tielt voor het boekjaar 2020 een verlies boekte van € 223.200,74;
Overwegende dat uit de meerjarenplanaanpassingen 2 en 3 blijkt dat het AGB Tielt ook voor de eerste drie kwartalen van boekjaar 2021 een aanzienlijk verlies zal boeken;
Overwegende dat de verliezen over boekjaar 2020 en 2021 uitsluitend en rechtstreeks het gevolg zijn van de door het hogere overheden genomen maatregelen ter bestrijding van de COVID-19 pandemie;
Overwegende dat de gemeenteraad een letter of comfort ondertekende waarin de stad Tielt bevestigt de nodige maatregelen te zullen nemen om de bedrijfscontinuïteit van het AGB Tielt te garanderen;
Overwegende dat de financiële verliezen als gevolg van de COVID-19 pandemie de liquiditeitspositie van het AGB Tielt sterk hebben aangetast, in die mate dat een éénmalige coronatoelage van € 100.000 van de stad aan het AGB noodzakelijk geworden is;
Overwegende dat een dergelijke gemeentelijke toelage ter dekking van de geleden verliezen tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 als gevolg van de COVID-19 pandemie vrijgesteld is van BTW en van vennootschapsbelasting wanneer ze wordt betaald of toegekend voor 31 december 2021;
Overwegende dat enkel het resultaat van boekjaar 2021 na 1 oktober zal worden beoordeeld in de context van een winstoogmerk van een autonoom gemeentebedrijf;
Overwegende dat de éénmalige coronatoelage ten bedrage van € 100.000 aan het AGB Tielt voorzien is in het meerjarenplan van het lokaal bestuur Tielt na de meerjarenplanaanpassingen 2 en 3;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen en na beraadslaging in openbare zitting;
Art. 1:
Een éénmalige coronatoelage van € 100.000 toe te kennen aan het Autonoom gemeentebedrijf Tielt ter gedeeltelijke compensatie van de economische verliezen geleden door het AGB Tielt tijdens de eerste 3 kwartalen van 2021 als gevolg van de maatregelen door hogere overheden genomen ter bestrijding van de COVID-19 pandemie.
Art. 2:
Deze beslissing zal worden bekendgemaakt in toepassing van de artikelen 285-287 en 330 van het decreet over het lokaal bestuur.
Ontwerper Studiebureau Jonckheere BV uit Brugge stelde het ontwerp op voor de heraanleg van landelijke wegen in Tielt. In het ontwerp is de heraanleg voorzien van de volgende straten,
dit omvat wegeniswerken op de volgende locaties:
- Kruispunt Keizerstraat/Smokkelstraat Kanegem
- Sint-Amandsstraat Tielt
- Abeelstraat tussen Sint-Amandstraat en Marialoopkouterstraat Tielt
- Vrouwenboomstraat Tielt
- Veldstraat Schuiferskapelle
- Muizelwegel Tielt
- Caloenstraat Tielt
- Kerkebosstraat Tielt
- Kruispunt Kazernestraat-Poekestraat Aarsele
- Kruispunt Donsegemstraat – Poekestraat Aarsele
- Kruispunt Donsegemstraat – Boonensbosstraat Aarsele
- Kruipunt Kasteelhoevestraat – Keizerstraat Kanegem
- Uitwijkstrook Karmstraat 88 Aarsele
- Burgemeester A. Guilbertlaan Schuiferskapelle
- Bruwaenestraat Tielt
Raming aandeel stadsbestuur Tielt : 537.773,02 euro (incl. btw en proefkosten).
Budget: 2021/ACT-4.1.3/0200-00/2240007/STAD/CBS/IP-7.
Wijze van gunnen: open procedure.
Voorstel van beslissing: goedkeuring van ontwerp en bestek, raming en gunningswijze van de heraanleg van landelijke wegen Tielt - dienstjaar 2022.
Gelet op het ontwerp voor de heraanleg van landelijke wegen in Tielt, opgesteld door de ontwerper, studiebureau Jonckheere BV uit Brugge;
Gelet op het feit dat in het ontwerp de heraanleg voorzien is van volgende straten:
Overwegende dat voorgesteld wordt deze opdracht te gunnen bij wijze van open procedure;
Gelet op het feit dat het aandeel van het stadsbestuur Tielt in deze werken geraamd wordt op 537.773,02 euro (inclusief btw en proefkosten);
Gezien hiervoor krediet voorzien is in het meerjarenplan 2020-2025, 2021/ACT-4.1.3/0200-00/2240007/SATD/CBS/IP-7;
Gelet op het feit dat een visum vereist is en in afwachting van het visum van de financieel directeur;
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22.12.2017;
Gelet op de wetgeving op de overheidsopdrachten;
Gelet op de wettelijke bepalingen terzake;
Art. 1:
Goedkeuring te verlenen aan het ontwerp “heraanleg landelijke wegen Tielt – dienstjaar 2022”, geraamd op 537.773,02 euro (inclusief btw en proefkosten) en aan de voorgestelde wijze van gunnen.
Art. 2:
Aan de financieel directeur zal voor deze uitgave een visum worden aangevraagd.
Art. 3:
Het College van Burgemeester en Schepenen te gelasten het nodige te doen voor gunning na open procedure.
Art. 4:
Het krediet voor deze uitgave is voorzien in het meerjarenplan 2020-2025, 2021/ACT-4.1.3/0200-00/2240007/SATD/CBS/IP-7.
Art. 5:
Deze beslissing over te maken aan de financieel directeur en aan de technische dienst van de stad Tielt.
In zitting van de gemeenteraad dd. 4 april 2019 werd goedkeuring verleend om de naam van de Stedelijke Noord-Zuidraad te wijzigen naar Stedelijke Mondiale Raad en werden de bijhorende statuten goedgekeurd. Als gevolg hiervan werd het stedelijk subsidiereglement ‘Noord-Zuidwerking’ herwerkt om in het kader van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals of SDG’s) tot een subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’ te komen. Dit dossier werd in de Algemene Vergadering van de Stedelijke Mondiale Raad dd. 18 oktober 2021 besproken en positief geadviseerd. Het dossier wordt tevens besproken in de Gemeenteraadscommissie Financiën dd. 29 november 2021.
Voorstel van beslissing: opheffen van het subsidiereglement ‘Noord-Zuidwerking’ en goedkeuring van het subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’ met bijhorende aanvraagformulieren.
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 05.12.2013 over de oprichting van een Stedelijke Noord-Zuidraad, ter vervanging van de vroegere werkgroep Noord-Zuid Vooruit;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 13.03.2014 waarbij het subsidiereglement voor de Stedelijke Noord-Zuidraad werd goedgekeurd;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 07.05.2015 waarbij het subsidiereglement van de Stedelijke Noord-Zuidraad werd ingetrokken en hervastgesteld;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 04.04.2019 waarbij goedkeuring werd verleend om de naam van de Stedelijke Noord-Zuidraad te wijzigen naar Stedelijke Mondiale Raad met hervaststelling van de statuten;
Gelet op ACT-17.1.1/0160-00/6492300/STAD in het Meerjarenplan 2020-2025;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing dd. 07.10.2021 waarbij de Meerjarenplanaanpassing 2 2020-2025 van het Lokaal Bestuur Tielt werd vastgesteld voor wat het deel Stadsbestuur betreft;
Overwegende dat door de naamswijziging naar Stedelijke Mondiale Raad en de bijhorende wijziging van de statuten het aangewezen zou zijn om het subsidiereglement ‘Noord-Zuidwerking’ te herwerken om in het kader van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals of SDG’s) van de Verenigde Naties tot een subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’ te komen;
Gelet op het voorstel van de Stedelijke Mondiale Raad om een subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’ op te maken waarbij volgende subsidies voorzien worden:
-Financiële ondersteuning van verenigingen aangesloten bij de Mondiale Raad
-Financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s
-Financiële ondersteuning bij deelname aan een bouwkamp, actieve inleefreis of vergelijkbare buitenlandse activiteit
-Financiële hulp bij calamiteiten (noodhulp)
Gelet op de besprekingen hieromtrent tijdens vergaderingen van de Stedelijke Mondiale Raad;
Gelet op het positief advies van de Stedelijke Mondiale Raad na bespreking van dit dossier in de Algemene Vergadering dd. 18 oktober 2021;
Gelet op de bespreking van dit dossier tijdens de Gemeenteraadscommissie Financiën dd. 29 november 2021;
Gezien de goedkeuring van het subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’ dient voorgelegd te worden aan de Gemeenteraad;
Art. 1:
Het subsidiereglement ‘Noord-Zuidwerking’ dd. 7 mei 2015 wordt opgeheven.
Art. 2:
Goedkeuring te verlenen aan het subsidiereglement ‘Lokaal Mondiaal Beleid’, luidende als volgt:
Subsidiereglement Lokaal Mondiaal Beleid
Hoofdstuk 1 – Algemeen
Art. 1 – Kader
In september 2015 keurden de 193 landen van de Verenigde Naties 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen of Sustainable Development Goals (SDG’s) goed. Met dit plan willen deze landen tegen 2030 een aantal uitdagingen, waar onze wereld mee kampt, aanpakken.
Deze doelstellingen moeten onze maatschappij in de richting stuwen van een wereld die er zowel economisch, sociaal als op ecologisch vlak op vooruitgaat, en dit in een veilige en vredevolle omgeving met veel aandacht voor samenwerking. Meer informatie over de SDG’s is te vinden op www.sdgs.be.
Art. 2 – Doelstelling
Het Lokaal Bestuur Tielt wenst initiatieven in het kader van de implementatie van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen of Sustainable Development Goals (SDG’s) van de Verenigde Naties te stimuleren. Samen met de Stedelijke Mondiale Raad zoekt het lokaal bestuur hiervoor draagvlak bij diverse actoren.
Het lokaal bestuur voorziet daarom jaarlijks budget voor:
- financiële ondersteuning van verenigingen aangesloten bij de Mondiale Raad
- financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s
- financiële ondersteuning bij deelname aan een bouwkamp, actieve inleefreis of vergelijkbare buitenlandse activiteit
- financiële hulp bij calamiteiten (noodhulp)
Hoofdstuk 2 – Subsidies
In dit hoofdstuk worden de verschillende subsidiemogelijkheden binnen dit reglement verder toegelicht.
Afdeling 1 – Financiële ondersteuning van verenigingen aangesloten bij de Mondiale Raad
Art. 3 – De aanvrager
Voor het verkrijgen van deze subsidies komen deze aanvragers in aanmerking:
-(Middenveld)organisaties die werken rond mondiale thema’s (sociale en economische rechtvaardigheid, mensenrechten en democratische waarden, duurzame en ecologische ontwikkeling), met een aantoonbare werking van minimaal 1 jaar en ofwel zetelend op het grondgebied van de Stad Tielt (lokale organisatie) ofwel met een vertegenwoordiging op het grondgebied van de Stad Tielt (afdeling van nationale organisaties).
-Vierde pijlerorganisaties met een aantoonbare werking van minimaal 1 jaar en zetelend op het grondgebied van de stad.
Art. 4 – Voorwaarden
- De vereniging ontwikkelt sensibiliserende activiteiten voor een ruim publiek met als onderwerpen: sociale en economische rechtvaardigheid, mensenrechten en democratische waarden, duurzame en ecologische ontwikkeling in een mondiale context.
- De vereniging is lid van en maakt actief deel uit van de Stedelijke Mondiale Raad, woont met regelmaat de vergaderingen bij en zet zich in voor de door die raad ontwikkelde activiteiten.
- Het bestuur van de vereniging telt minimaal drie leden, minimaal de helft van de bestuursleden zijn inwoners van Tielt. De vereniging ontplooit het merendeel van zijn activiteiten op Tielts grondgebied.
- Eventuele winsten van de door de vereniging ontwikkelde activiteiten komen ten goede aan projecten die bijdragen aan de SDG’s, sensibilisering of aan de goede werking van de vereniging zelf.
- Om deze steun te verkrijgen mag de vereniging geen werkingssubsidies ontvangen via een ander stedelijk reglement.
- De vereniging is geen onderdeel van een andere plaatselijke vereniging of organisatie die reeds een toelage krijgt.
Art. 5 – De aanvraag
- De aanvraag voor deze subsidie gebeurt op het daartoe bestemde formulier dat door de aangewezen ambtenaar aan de organisaties van de Stedelijke Mondiale Raad wordt bezorgd.
- De aanvraag bevat de volgende inlichtingen: gegevens over de aanvrager, informatie over de werking van de vereniging in het voorbije kalenderjaar (organisatie eigen initiatieven, medewerking aan activiteiten van de Stedelijke Mondiale Raad of haar werkgroepen, bijwonen overlegmomenten Stedelijke Mondiale Raad, sensibilisatie). Bij het aanvraagformulier zitten de nodige bewijsstukken.
- Een vereniging die lid is van de Stedelijke Mondiale Raad vraagt deze toelage 1 maal per jaar aan via de aangewezen ambtenaar, die de organisatie elk jaar tijdig op de hoogte brengt om de aanvraag te vernieuwen.
- De aanvragen moeten uiterlijk op 30 juni ingediend worden bij de aangewezen ambtenaar.
- De subsidieaanvraag is gebaseerd op de werking in het voorafgaande kalenderjaar, tenzij anders vermeld.
Art. 6 – Verdeling subsidie
- Het Lokaal Bestuur Tielt spendeert 30 procent van het voorziene subsidiebudget aan financiële ondersteuning van verenigingen die zijn aangesloten bij de Stedelijke Mondiale Raad.
- Het beschikbare budget wordt jaarlijks gelijk verdeeld over de aanvragen die voldoen aan de bepalingen zoals gesteld in art. 3, 4 en 5, met als maximum de helft van het totale budget voor financiële ondersteuning van verenigingen aangesloten bij de Mondiale Raad.
- Indien in het lopende jaar niet alle daartoe voorziene budgetten voor deze steun besteed worden, zal het overschot toegevoegd worden aan het budget dat voorzien is voor financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s.
Art. 7 – Beoordeling
- De aangewezen ambtenaar verwerkt de aanvragen en agendeert een voorstel tot verdeling op de Algemene Vergadering van de Stedelijke Mondiale Raad.
- Het College van Burgemeester en Schepenen beslist over de verdeling van de toelagen na advies van de Algemene Vergadering van de Stedelijke Mondiale Raad.
- De aangewezen ambtenaar staat in voor de administratieve opvolging van het dossier en informeert de organisaties over de evaluatie van de toelage.
Art. 8 – Uitbetaling
De uitbetaling gebeurt binnen één maand na de goedkeuring door het College van Burgemeester en Schepenen en voor het einde van het jaar waarin de aanvragen werden ingediend.
Afdeling 2 – Financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s
Art. 9 – De aanvrager
-Voor het verkrijgen van deze subsidies komen deze aanvragers in aanmerking:
- een organisatie die in Tielt zijn zetel heeft
- een organisatie waarvan het merendeel van de actieve leden Tieltenaren zijn
- een niet-Tieltse organisatie die een activiteit opzet in Tielt
-De organisatoren van de projecten zijn organisaties of verenigingen met een rechtspersoonlijkheid of feitelijke verenigingen die de Stad Tielt op bevredigende en transparante wijze inzage geven in de boekhouding van het project. In geen geval wordt de verleende steun gebruikt voor private doeleinden die niet aan het project verbonden zijn.
Art. 10 – Voorwaarden
-Onder “project” wordt verstaan: een actie of een deelactie binnen een bestaand project, beperkt in tijd en plaats, en kleinschalig qua budget, die bijdraagt aan de realisatie van de SDG’s, een duidelijke mondiale focus heeft en waarbij wordt samengewerkt met andere (lokale) actoren.
-Zowel Zuidgerelateerde projecten als projecten zonder Noord-Zuidcomponent komen in aanmerking voor deze subsidie.
-Zuidgerelateerde projecten vinden plaats in of worden georganiseerd ten voordele van een
officieel ontwikkelingsland vermeld op de meest recente OESO-DAC-lijst van de Verenigde Naties. Projecten in andere landen kunnen uitzonderlijk in aanmerking komen indien aangetoond kan worden dat het gaat om steun voor duidelijk omschreven groepen of gebieden ter bestrijding van armoede en ongelijkheid.
-Het project mag niet volledig afgerond zijn bij het indienen van de subsidieaanvraag.
Art. 11 – De aanvraag
- bevat een omschrijving van het project of initiatief, waaruit het hoofddoel en de concrete geplande acties duidelijk blijken.
- bevat een duidelijk tijdsbestek voor de geplande acties.
- bevat een duidelijke financiële raming die de totale kost van het project onderschrijft alsook de specifieke zaken die met de subsidies zullen gefinancierd worden.
- geeft een beeld van de verschillende andere inkomstenkanalen en subsidies die buiten de steun van het Lokaal Bestuur Tielt zullen aangewend worden.
- De aanvrager gebruikt voor zijn aanvraag het daartoe opgestelde formulier, verkrijgbaar bij de aangewezen ambtenaar, waarin bovenstaande elementen als invulvakken voorkomen.
- De aanvrager krijgt de mogelijkheid om over zijn project gehoord te worden door de Stedelijke Mondiale Raad. De aangewezen ambtenaar kan de aanvrager om dezelfde redenen autonoom contacteren. In dat geval brengt de aangewezen ambtenaar hierover verslag uit aan de Stedelijke Mondiale Raad voor de beoordeling en het advies over het project.
- De aanvraagformulieren en bijlagen worden gericht aan het College van Burgemeester en Schepenen, Markt 13, 8700 Tielt, uiterlijk op 30 juni voor het verkrijgen van steun in hetzelfde jaar.
- Een aanvrager/organisatie kan per jaar slechts één aanvraag voor één project op een bepaalde locatie indienen en een zelfde aanvrager/organisatie kan geen twee opeenvolgende jaren steun genieten.
Art. 12 – Verdeling subsidie
-Het Lokaal Bestuur Tielt spendeert 50 procent van het voorziene subsidiebudget aan financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s.
- Indien het budget voor steun aan verenigingen van de Mondiale Raad (afd. 1) en / of het budget voor steun bij deelname aan initiatieven zoals bijv. een bouwkamp of een actieve inleefreis (afd. 3) niet volledig werd besteed, zal het overschot in dit geval toegevoegd worden aan het budget dat voorzien is voor projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s.
-Er wordt naar gestreefd om jaarlijks uit alle ingediende projectaanvragen twee projecten te selecteren, nl. een Zuidgerelateerd project en een project zonder Noord-Zuidcomponent, waarbij het beschikbare budget gelijk wordt verdeeld over deze twee projecten. Na advies van de Mondiale Raad en mits de nodige motivering behoudt het College van Burgemeester en Schepenen zich het recht voor om af te wijken van deze bepaling.
-Bij de verdeling van het beschikbare budget over de geselecteerde projecten wordt met volgende maxima rekening gehouden: - de helft van de totale geraamde kosten van het project
- de helft van het totale budget voor steun aan projecten
-Indien in het lopende jaar niet alle daartoe voorziene budgetten voor deze steun aan projecten besteed worden, zal het overschot gelijk worden verdeeld en doorgestort worden enerzijds aan 11.11.11, als koepel van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking en anderzijds aan de Bond Beter Leefmilieu, als koepel van natuur- en milieuorganisaties.
Art. 13 – Beoordeling
- De aanvragen worden beoordeeld door de Algemene Vergadering van de Stedelijke Mondiale Raad, die een gemotiveerd advies en voorstel tot verdeling van de subsidies formuleert. Het College van Burgemeester en Schepenen beslist over de toekenning van de steun en brengt elke aanvrager voor het jaareinde op de hoogte van het resultaat van zijn dossier.
- Leden van de Stedelijke Mondiale Raad die betrokken zijn bij één van de aanvragen, verlaten de vergadering tijdens de beraadslaging en het advies over de desbetreffende aanvraag.
Art. 14 – Uitbetaling
De uitbetaling van de steun gebeurt binnen één maand na de goedkeuring door het College van Burgemeester en Schepenen en voor het einde van het jaar waarin de aanvragen werden ingediend, op het rekeningnummer dat door de aanvrager in het aanvraagformulier werd vermeld.
Art. 15 – Feedback
Gesteunde aanvragers moeten het Lokaal Bestuur Tielt op de hoogte houden van de vooruitgang en de resultaten van het project. Het Lokaal Bestuur Tielt verwacht uiterlijk één jaar na storting van de steun:
- een werkings- en evaluatieverslag dat de resultaten van het project weergeeft, ondersteund met fotomateriaal.
- een overzicht van de gemaakte kosten met vermelding waar alle facturen en bewijzen worden bijgehouden.
- bewijzen van overschrijving van de subsidie naar de organisatie in het zuiden (indien van toepassing).
Een aanvrager die voor een vorig gesteund project geen bevredigende feedback kon voorleggen, kan door de het Lokaal Bestuur Tielt voor onbepaalde tijd uitgesloten worden voor steun aan toekomstige projecten.
Art. 16 – Communicatie
Het Lokaal Bestuur Tielt wil de Tieltse bevolking op passende wijze inlichten over de gesteunde projecten en beoogt daarmee sensibilisering en een vergroting van het draagvlak voor de SDG’s bij de Tieltse bevolking. Het Lokaal Bestuur Tielt verwacht daarvoor actieve medewerking van de gesteunde organisaties door middel van het ter beschikking stellen van informatie en documentatie of het meewerken aan educatieve en sensibiliserende activiteiten. Het Lokaal Bestuur Tielt mag vrij over de gesteunde initiatieven communiceren via stedelijke informatiekanalen, mits dat objectief en naar waarheid gebeurt.
Afdeling 3 – Financiële ondersteuning bij deelname aan een bouwkamp, actieve inleefreis of vergelijkbare buitenlandse activiteit
Art. 17- De aanvrager
Voor het verkrijgen van deze subsidies komen Tieltse burgers in aanmerking die tijdelijk als vrijwilliger aan de slag gaan voor een project in het buitenland (deelname aan een bouwkamp, een inleefreis met activiteiten ter plaatse of een vergelijkbare buitenlandse activiteit).
Art. 18 - De voorwaarden
- De aanvrager is op het moment van het indienen van de aanvraag jonger dan 30 jaar.
- Enkel niet-studie gerelateerde bouwkampen, inleefreizen of vergelijkbare buitenlandse activiteiten komen in aanmerking voor een subsidie.
- Het initiatief waaraan wordt deelgenomen, draagt bij aan de realisatie van de SDG’s.
- Zonder de financiële ondersteuning van het lokaal bestuur zou de aanvrager niet kunnen deelnemen aan het initiatief. Hiertoe dient een verklaring op eer ingevuld te worden.
Art. 19 - De aanvraag
- De aanvraag voor deze subsidie gebeurt op het daartoe opgestelde formulier, verkrijgbaar bij de aangewezen ambtenaar.
- De aanvraag bevat de volgende inlichtingen: gegevens over de aanvrager, een omschrijving en timing van het initiatief waaraan wordt deelgenomen, een raming van de deelnamekosten, een overzicht van de eventuele andere inkomstenkanalen en subsidies die buiten de steun van het Lokaal Bestuur Tielt zullen aangewend worden, een verklaring op eer.
Bij het aanvraagformulier zitten de nodige bewijsstukken.
- De aanvrager krijgt de mogelijkheid om over zijn project gehoord te worden door de Stedelijke Mondiale Raad. De aangewezen ambtenaar kan de aanvrager om dezelfde redenen autonoom contacteren. In dat geval brengt de aangewezen ambtenaar hierover verslag uit aan de Stedelijke Mondiale Raad voor de beoordeling en het advies over het project.
- Het aanvraagformulier en bijlagen wordt gericht aan het College van Burgemeester en Schepenen, Markt 13, 8700 Tielt, uiterlijk op 1 oktober voor het verkrijgen van steun in hetzelfde jaar.
- Aanvragen die na 1 oktober worden ingediend, worden geëvalueerd in het volgende kalenderjaar.
- Een aanvrager kan per jaar slechts één aanvraag indienen en een zelfde aanvrager kan geen twee opeenvolgende jaren steun genieten.
Art. 20 - Verdeling budget
-Het lokaal bestuur spendeert 5 procent van het voorziene subsidiebudget aan financiële ondersteuning voor vrijwilligers zoals omschreven in art. 17.
-Tijdelijke inzet als vrijwilliger voor een project in het buitenland door een Tieltse burger wordt gesteund met als maximum de helft van het totale budget dat voorzien is voor deze subsidie.
-Indien in het lopende jaar niet alle daartoe voorziene budgetten voor deze steun besteed worden, zal het overschot toegevoegd worden aan het budget dat voorzien is voor financiële ondersteuning van projecten die bijdragen aan de realisatie van de SDG’s.
Art. 21- Beoordeling
-De aanvragen worden beoordeeld door de Algemene Vergadering van de Stedelijke Mondiale Raad, die een gemotiveerd advies en voorstel tot verdeling van de subsidies formuleert. Omwille van mogelijke hoogdringendheid van de uitgaven volstaat een advies van het Dagelijks Bestuur van de Stedelijke Mondiale Raad. Het College van Burgemeester en Schepenen beslist over de toekenning van de steun en brengt elke aanvrager voor het jaareinde op de hoogte van het resultaat van zijn dossier.
- Leden van de Stedelijke Mondiale Raad die betrokken zijn bij één van de aanvragen, verlaten de vergadering tijdens de beraadslaging en het advies over de desbetreffende aanvraag.
Art. 22 - Uitbetaling
De uitbetaling van de steun gebeurt binnen één maand na de goedkeuring door het College van Burgemeester en Schepenen en voor het einde van het jaar waarin de aanvragen werden ingediend, op het rekeningnummer dat door de aanvrager in het aanvraagformulier werd vermeld.
Art. 23 - Feedback
-Het Lokaal Bestuur Tielt verwacht uiterlijk één jaar na storting van de steun: een verslag over het initiatief waaraan werd deelgenomen, ondersteund met fotomateriaal.
-Een aanvrager die voor een vorig gesteunde aanvraag geen bevredigende feedback kon voorleggen, kan door het lokaal bestuur voor onbepaalde tijd uitgesloten worden voor steun aan toekomstige aanvragen.
Afdeling 4 - Financiële hulp bij calamiteiten (noodhulp)
Art. 24 – De aanvrager
De steun wordt toegekend aan een erkende niet-gouvernementele organisatie, met vestiging in België en actief in het gebied en voor de omstandigheden waarvoor de toelage wordt toegekend, al dan niet in samenwerking met derden.
Art. 25 – Voorwaarden
-Het Lokaal Bestuur Tielt voorziet jaarlijks een budget voor steun aan landen met acute humanitaire noden ten gevolge van natuurrampen, epidemieën, voedselschaarste of geweld.
-Het gesteunde land of streek is een officieel ontwikkelingsland vermeld op de meest recente OESO-DAC-lijst van de Verenigde Naties.
-Calamiteiten in andere landen kunnen uitzonderlijk in aanmerking komen indien aangetoond kan worden dat de draagkracht van de landen niet volstaat om de humanitaire noden van de bevolking te lenigen.
Art. 26 – De aanvraag
De aanvrager richt een schrijven aan het Lokaal Bestuur Tielt, dat de volgende inlichtingen bevat: gegevens over de aanvrager (adres, bankrekeningnummer, …), het te steunen land of streek en de reden hiervoor.
Art. 27 – Verdeling budget
- Het beschikbare budget voor noodhulp bedraagt 15 procent van het voorziene subsidiebudget.
- Vóór eind juni van het lopende jaar wordt uit de ingediende aanvragen één organisatie geselecteerd. Aan deze organisatie wordt de helft van het beschikbare budget toegekend. Uit de aanvragen – ingediend na het eerste evaluatiemoment – wordt vóór 15 december van het lopende jaar opnieuw één organisatie geselecteerd. Aan deze organisatie wordt het resterende bedrag toegekend.
Bij mogelijke hoogdringendheid kan – mits de nodige motivering – afgeweken worden van deze bepaling.
-Indien de budgetten voor deze steun tegen 15 december van het lopende jaar niet volledig werden besteed, zal het overschot worden doorgestort aan 11.11.11, als koepel van de Vlaamse ontwikkelingssamenwerking.
Art. 28 – Beoordeling
- Deze noodhulp kan enkel worden aangewend door het College van Burgemeester en Schepenen, op initiatief van of na advies van het Dagelijks Bestuur van de Stedelijke Mondiale Raad.
-De aangewezen ambtenaar staat in voor de administratieve opvolging.
Art. 29 – Uitbetaling
-De uitbetaling gebeurt binnen één maand na de goedkeuring door het College van Burgemeester en Schepenen en voor het einde van het jaar waarin de aanvragen werden ingediend.
Hoofdstuk 3 – Slotbepalingen
Art. 30 – Terugvordering
Indien blijkt dat onjuiste gegevens zijn verstrekt of indien de voorwaarden van dit reglement niet worden nageleefd, kan het College van Burgemeester en Schepenen de toegekende subsidie geheel of gedeeltelijk terugvorderen van de betrokken aanvrager en/of deze van verdere subsidiëring uitsluiten. Vaststelling van dergelijke feiten wordt door het Lokaal Bestuur Tielt via aangetekend schrijven aan de aanvrager meegedeeld.
Art. 31 – Inwerkingtreding
Het reglement treedt in werking op 1 januari 2022.
Het subsidiereglement Noord-Zuidwerking van 7 mei 2015 wordt opgeheven op 1 januari 2022. De afhandeling van projecten, goedgekeurd door het College van Burgemeester en Schepenen voor 1 januari 2022, gebeurt evenwel nog volgens dit reglement.
Art. 3:
Goedkeuring te verlenen aan de bijhorende aanvraagformulieren.
Art. 4:
Het College van Burgemeester en Schepenen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Art. 5:
Afschrift van dit besluit over te maken aan de hogere overheid, de Stedelijke Mondiale Raad en de Financieel Directeur.
In het kader van het ‘Werkplan halve euro’ werd door het lokaal bestuur op 25 juni 2021 bij OVAM een projectaanvraag ingediend met als doel de afvalberg te verkleinen via een project met herbruikbaar cateringmateriaal voor Tieltse handelszaken die afhaalmaaltijden aanbieden. Het is aangewezen om deze samenwerking tussen het Lokaal Bestuur Tielt en vzw WOP! te regelen via een convenant waarin onder meer de engagementen van beide partijen en de financiële regeling zijn opgenomen. De ondertekening van dit convenant wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de ondertekening van het convenant tussen het Lokaal Bestuur Tielt en vzw WOP! voor de uitwerking van het project omtrent herbruikbaar cateringmateriaal. De burgemeester en algemeen directeur te machtigen deze overeenkomst te ondertekenen.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen;
Gelet op het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 41 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen dd. 21.03.2017 waarbij goedkeuring werd verleend aan de VVSG-engagementsverklaring rond de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen dd. 18.09.2019 waarbij goedkeuring werd verleend aan het hernieuwen van de ondertekening van de VVSG-engagementsverklaring rond de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen;
Gelet op het ‘Werkplan halve euro 2021’ dat door de bevoegde Vlaamse minister werd goedgekeurd op 13.01.2021 en waarin acties afgesproken worden om de selectieve inzameling en verwerking van verpakkingsafval te optimaliseren en ook steun voorzien is voor proefprojecten van lokale besturen rond preventie van verpakkingen;
Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen dd. 23.06.2021 waarbij goedkeuring werd verleend om het project omtrent het gebruik van herbruikbaar cateringmateriaal bij Tieltse handelszaken (die afhaalmaaltijden aanbieden) in te dienen bij OVAM binnen het ‘Werkplan halve euro’ en hiervoor een subsidie aan te vragen van 50.000,00 euro;
Gelet op het document ‘Richtlijnen projecten Werkplan halve euro’ dat de belangrijkste richtlijnen bevat om financiële ondersteuning te krijgen via het Werkplan halve euro;
Gelet op het schrijven van OVAM dd. 18.10.2021 waarmee het lokaal bestuur formeel werd geïnformeerd over de goedkeuring van het ingediende projectvoorstel;
Overwegende dat door deze goedkeuring voor dit project financiële ondersteuning voorzien is voor een bedrag van maximaal 50.000 euro voor maximaal twee jaar;
Overwegende dat de uitvoering van het project in verschillende fases zal verlopen tot september 2023 en dat het Lokaal Bestuur Tielt en vzw WOP! uit Tielt hiervoor nauw zullen samenwerken;
Overwegende dat het aangewezen zou zijn om deze samenwerking tussen het Lokaal Bestuur Tielt en vzw WOP! te regelen via een convenant waarin onder meer de engagementen van beide partijen en de financiële regeling opgenomen zijn;
Gelet op het ontwerp van het convenant dat door het lokaal bestuur werd opgemaakt en de aanpassingen, die aan dit ontwerp werden aangebracht, in samenspraak met vzw WOP!;
Overwegende dat op basis van dit convenant en de bijhorende budgetfiche het lokaal bestuur jaarlijks de nodige middelen zal voorzien voor de prefinanciering van het project via nominatieve subsidies;
Overwegende dat indien bij de afrekening van de verschillende fasen blijkt dat de toegekende subsidie hoger lag dan de werkelijk gemaakte kosten, het verschil teruggestort dient te worden aan het lokaal bestuur;
Overwegende dat de financiële implicaties van het project, met inbegrip van de toe te kennen nominatieve subsidies, opgenomen zijn in Meerjarenplanaanpassing 3 2020-2025 van het lokaal bestuur Tielt;
Art. 1:
Goedkeuring te verlenen aan het convenant tussen het Lokaal Bestuur Tielt en vzw WOP! voor de uitwerking van het project omtrent herbruikbaar cateringmateriaal, opgenomen in bijlage bij dit besluit.
Art. 2:
De burgemeester en algemeen directeur te machtigen deze overeenkomst te ondertekenen.
Art. 3:
Eén ondertekend exemplaar van het convenant over te maken aan vzw WOP! en aan de financieel directeur.
Door deze samenwerkingsovereenkomst aan te gaan, zal een detailhandelscoach van POM West-Vlaanderen de stad begeleiden naar een efficiënt en doeltreffend detailhandelsbeleid op maat van de stad en de handelaars. Er komen verschillende deelaspecten aan bod, waaronder winkel- en horeca-aanbod, maar ook mobiliteit & parkeren, toerisme & cultuur, ruimte & inrichting, communicatie & samenwerking, marketing & promotie,… Men wenst met dit plan in te zetten op:
- duurzame vestigingsmogelijkheden
- toegankelijk aanbod voor consumenten
- leefbaar centrum (kernversterking)
Er zullen verschillende stuurgroepen samengesteld worden om hierrond te werken:
- Stuurgroep 1: Data en statistieken
- Stuurgroep 2: SWOT stad
- Werkgroep: analyse SWOT en data
- Stuurgroep 3: Ontwerpvisie
- Werkgroep: meetbare doelstellingen en actieplan
- Stuurgroep 4: feedback actieplan
- Terugkoppeling stakeholders
De detailhandelscoach:
- voorziet procesbegeleiding
- modereert de stuurgroepen, de werkgroepen en de SWOT-analyse
- verzamelt en interpreteert de data
- geeft advies en inspiratie voor een definitief SCP
In totaal gaat het over 20 adviesdagen over een periode van 6 maanden. De stuurgroepen worden samengesteld door de stad, waarbij personeelsleden worden ingezet van de diensten lokale economie, mobiliteit, ruimtelijke ordening en toerisme. Binnen de stad wordt 1 aanspreekpunt aangesteld, deze persoon organiseert de overlegmomenten, geef data aan van binnen de stad, bereidt de stuurgroepen en de werkgroepen voor en schrijft het strategisch commercieel plan uit.
Voorstel van beslissing: goedkeuren van de samenwerkingsovereenkomst tussen POM West-Vlaanderen en stad Tielt.
Gelet op het aanbod van POM West-Vlaanderen voor de procesbegeleiding door een detailhandelscoach voor de opmaak een Strategisch Commercieel plan voor stad Tielt;
Overwegende dat er verschillende deelaspecten aan bod komen, waaronder winkel- en horeca-aanbod, maar ook mobiliteit & parkeren, toerisme & cultuur, ruimte & inrichting, communicatie & samenwerking, marketing & promotie;
Overwegende dat de stad met dit strategisch commercieel plan kan inzetten op duurzame vestigingsmogelijkheden, een toegankelijk aanbod voor consumenten, een leefbaar centrum (kernversterking) en duurzame mobiliteit (bereikbaarheid, verkeersdrukte, parkeerdruk, verkeersveiligheid);
Overwegende dat er stuurgroepen worden samengesteld, waardoor ook de detailhandel zelf aan het woord zal komen;
Overwegende dat de stad op het einde van de rit aan de slag kan met een strategisch commercieel plan dat kan toegepast worden op de Tieltse detailhandel;
Overwegende de stad wenst in te zetten op het verwerken en interpreteren van data en de procesbegeleiding gratis wordt aangeboden;
Gelet op het decreet over het lokaal bestuur;
Gelet op de wettelijke bepalingen ter zake;
Art. 1:
De samenwerkingsovereenkomst tussen POM West-Vlaanderen en het stadsbestuur Tielt goed te keuren als volgt:
SAMENWERKINGSOVEREENKOMST VOOR PROJECT BEGELEIDING DETAILHANDELSCOACH
Tussen:
De PROVINCIALE ONTWIKKELINGSMAATSCHAPPIJ WEST-VLAANDEREN, publiekrechtelijke instelling met rechtspersoonlijkheid, waarvan de zetel gevestigd is te 8200 Sint-Andries, Koning Leopold III-laan 66, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder nummer 0881.702.779, hierbij vertegenwoordigd door de heer Jean de Bethune in de hoedanigheid van voorzitter en de heer Lieven Tack in de hoedanigheid van algemeen directeur,
hierna “POM West-Vlaanderen" genoemd
en
Stadsbestuur Tielt, Stadhuis, Markt 13 te 8700 Tielt, vertegenwoordigd door burgemeester Luc Vannieuwenhuyze en algemeen directeur Hendrik Vandenbruwane,
hierna Stad Tielt genoemd
Is voorafgaandelijk uiteengezet:
Vanuit haar werking ‘Detailhandel’ willen POM West-Vlaanderen en haar partnerorganisatie OC West vzw de detailhandel in West-Vlaanderen stimuleren en ondersteunen. Vertrekkende vanuit de interprovinciale visie voor detailhandel wil POM West-Vlaanderen onder meer steden en gemeenten op haar grondgebied aansporen en ondersteunen om hun centrale handelsgebieden te versterken en dit - zo mogelijk – in samenwerking met de (buur)gemeenten binnen de provincie.
Door de inzet van een detailhandelscoach wil de POM West-Vlaanderen de steden en gemeenten actief ondersteunen bij de strategische uitwerking en implementatie van hun detailhandelsbeleid.
Meer bepaald zal de detailhandelscoach de gemeenten begeleiden en assisteren bij de opmaak van hun Strategisch Commercieel Plan.
Onderhavige overeenkomst vormt de basis van de samenwerking tussen de partijen in het kader van de begeleiding bij de opmaak van een strategisch commercieel plan door een detailhandelscoach.
Wordt overeengekomen wat volgt:
Artikel 1: Ondersteuning door POM West-Vlaanderen bij de uitwerking van een strategisch commercieel plan
POM West-Vlaanderen zal Stad Tielt ondersteunen in de uitwerking van optie[1]:
met het (de) volgende thema (‘s):
- Integraal plan
- Kernafbakening
- Nieuwe stadsontwikkelingen
- Verwerken en interpreteren van data
- …
voor in totaal 20 adviesdagen[2] over een periode van 6 maanden[3].
De in dit artikel voormelde acties worden ondersteund en uitgewerkt overeenkomstig de modaliteiten bepaald in de projectbeschrijving (hierna ‘de projectbeschrijving’ genoemd), welke is toegevoegd als bijlage bij deze samenwerkingsovereenkomst en er integraal deel van uitmaakt.
De projectbeschrijving wordt opgesteld conform het beleidskader, zoals gedefinieerd in artikel 4.
Wanneer hierna over ‘het project’ wordt gesproken, wordt hiermee de uitvoering van de opdracht onder deze overeenkomst bedoeld, i.c. de opdracht die partijen samen zullen uitvoeren met als resultaat het Strategisch commercieel plan.
Artikel 2: Inbreng door de partijen
De begeleiding door de detailhandelscoach wordt kosteloos aangeboden door de POM West-Vlaanderen. Deze begeleiding beperkt zich evenwel tot:
- Het opvragen, verzamelen en analyseren van relevante data op basis van de instrumenten die voorhanden zijn, met name Locatus, Provincies.in.Cijfers en overige data aangeleverd door de interne dienst DSA en desgevallend door de gemeente in kwestie.
- Het modereren van de bijeenkomsten van de stuurgroep, van de brainstormsessies en van bepaalde werkgroepen, alsook het presenteren en helpen interpreteren van de relevante en beschikbare data tijdens deze vergaderingen.
- Het adviseren van de gemeente/stad in kwestie door het aanleveren van bruikbare bouwstenen voor de opmaak van een visie en actieplan.
Stad Tielt is verantwoordelijk voor
- Het aanstellen van een SPOC die als aanspreekpunt binnen de gemeente zal fungeren voor de volledige opvolging van het project.
- Het samenstellen, samenroepen en organiseren van de stuurgroep en werkgroepen.
- Het organiseren van (een) brainstormsessie(s) binnen het gemeente- of stadsbestuur en/of met relevante stakeholders.
- Het effectief uitschrijven en de opmaak van het Strategisch Commercieel Plan (zelf of via een extern bureau).
- Het bepalen van de visie en de beleidskeuzes.
- De uitvoering en opvolging van het actieplan.
Beide partijen baseren zich bij de uitwerking van dit project op de leidraad van VLAIO ‘Strategisch commercieel plan – een leidraad voor lokale besturen’.
Beide partijen engageren zich om dit project, naar eigen vermogen, op een efficiënte, kwalitatieve en constructieve manier uit te zullen voeren.
Beide partijen engageren zich om bij de uitvoering van dit project zo goed als mogelijk het bovenliggende beleidskader, zoals omschreven in artikel 4 van deze overeenkomst,) te respecteren.
POM West-Vlaanderen, noch haar medewerkers, kunnen in geen enkel geval verantwoordelijk worden gesteld voor de beleidskeuzes en acties die gemaakt worden binnen dit project alsook niet voor de directe en indirecte gevolgen van dit beleid en deze acties.
Artikel 3: Rapportage
POM West-Vlaanderen maakt voor Stad Tielt in de loop van het traject een rapport op waarin het beknopt de inhoudelijke stand van zaken schetst en beleidskeuzes adviseert, conform het beleidskader.
Stad Tielt maakt op het einde van het traject een Strategisch Commercieel Plan op, inclusief een analyse van de bestaande situatie, een visie voor het detailhandelsbeleid en een actieplan.
Artikel 4: Beleidskader
POM West-Vlaanderen erkent en onderschrijft expliciet de eigen en bovenliggende beleidskaders voor detailhandel, met name het Vlaams Decreet Integraal Handelsvestigingsbeleid, alsook de daarop geënte ‘Interprovinciale visie op detailhandel’ (in deze overeenkomst samen ‘het beleidskader’ genoemd). Door het sluiten van deze overeenkomst gaat Stad Tielt akkoord met dit beleidskader en verklaart (naam stad/gemeente) dat de visie en het beleid, die voorwerp uitmaken van dit project zo goed mogelijk gealigneerd wordt met deze beleidskaders.
POM West-Vlaanderen kan, indien zij een inbreuk op dit beleidskader vaststelt, onderhavige overeenkomst met onmiddellijke ingang verbreken. Zij zal de gemeente/stad hierover formeel op de hoogte brengen aan de hand van een schrijven gericht aan de burgemeester en de algemeen directeur. Indien de stad/gemeente zich niet binnen de 14 kalenderdagen regulariseert of indien regularisatie niet meer mogelijk blijkt, zal de overeenkomst verbroken worden.
Artikel 5: Wijzigingen aan de overeenkomst
Indien blijkt dat de afgesproken acties om een bijsturing vragen voor ondersteuning kan Stad Tielt POM West-Vlaanderen in de loop van het project verzoeken om ondersteuning bij de uitwerking van bijkomende of minder acties, zoals vermeld in de projectbeschrijving.
POM West-Vlaanderen zal de mogelijkheid tot uitvoering van bijkomende acties toetsen aan de resterende projectduur en de beschikbaarheid van expertise-tijd.
Overeengekomen wijzigingen zullen als bijlage aan deze overeenkomst worden toegevoegd.
Artikel 6: vertrouwelijkheid
Partijen respecteren en garanderen de vertrouwelijkheid van iedere informatie of ieder gegeven verkregen in het verloop van de uitvoering van deze opdracht, mede in hoofde van zijn onderaannemers en zijn/hun personeelsleden of iedere andere persoon die door de partijen wordt ingeschakeld. Op geen enkel moment mogen de partijen, de onderaannemers en/of de personeelsleden van deze beide en/of iedere andere persoon die door de partijen wordt ingeschakeld ook maar enige informatie en/of gegeven verkregen tijdens de uitvoering van deze opdracht verspreiden aan andere partijen dan de zonder voorafgaande, uitdrukkelijke en schriftelijke toestemming. Tijdens de opdracht mogen evenmin presentaties naar derden gebeuren zonder voorafgaandelijk akkoord van POM West-Vlaanderen.
Bij de verwerking van de persoonsgegevens moeten de bepalingen van de algemene verordening gegevensbescherming van 27 april 2016 en de Wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens en latere wijzigingen en uitvoeringsbesluiten strikt worden nageleefd.
Indien dit nodig zou blijken uit de aard en de invulling van de opdracht zal tussen de opdrachtgever en de opdrachtnemer een verwerkersovereenkomst worden gesloten.
De eventueel verzamelde persoonsgegevens mogen enkel gebruikt worden voor deze specifieke opdracht en mogen onder geen enkel beding gebruikt worden voor andere commerciële of promotionele activiteiten buiten deze actie.
Artikel 7: Ter beschikking stellen van databestanden en vertrouwelijkheid
Artikel 8: Algemene bepalingen
Partijen verbinden er zich toe deze overeenkomst te goeder trouw uit te voeren.
Deze overeenkomst wordt exclusief beheerst door en moet geïnterpreteerd worden overeenkomstig het Belgisch recht.
Ingeval van geschillen voortvloeiend uit het bestaan, de interpretatie, de uitvoering of de ontbinding van deze overeenkomst, zullen partijen in eerste instantie trachten dit minnelijk te regelen. Indien een minnelijke regeling niet mogelijk blijkt te zijn, zijn uitsluitend de rechtbanken van het arrondissement Brugge territoriaal bevoegd.
Gedaan te Brugge op 02.12.2021 in drie originelen.
Iedere partij verklaart één origineel in ontvangst te hebben genomen.
De partijen
POM West-Vlaanderen POM West-Vlaanderen
Jean de Bethune Lieven Tack
Voorzitter Algemeen Directeur
Stad Tielt Stad Tielt
Luc Vannieuwenhuyze Hendrik Vandenbruwane
Burgemeester Algemeen directeur
Art. 2:
Het schepencollege te gelasten met de verdere uitvoering van deze overeenkomst alsmede de burgemeester en de algemeen directeur te machtigen tot ondertekening van deze samenwerkingsovereenkomst.
Art. 3:
Deze beslissing met als bijlage de door de burgemeester en algemeen directeur ondertekende samenwerkingsovereenkomst over te maken aan de financieel directeur, de dienst lokale economie en POM West-Vlaanderen.
[1] Voor een onderscheid tussen de verschillende opties, zie module 2 ‘Strategisch commercieel plan – Een leidraad voor lokale besturen’.
[2] Het aantal adviesdagen is indicatief, maar wordt wel als haalbaar doel vooropgesteld. De adviesdagen beslaan zowel de dagen dat de coach ter plaatse is voor veldwerk (overlegmomenten, bezoeken ter plaatse), alsook de tijd die geïnvesteerd wordt in deskwerk (analyses, dataverzameling, ...). Een transparante prestatiestaat wordt bijgehouden door de detailhandelscoach. Onder één adviesdag wordt een werkdag van 8 uur verstaan.
[3] De duur van het traject is indicatief, maar wordt wel als haalbaar doel vooropgesteld. POM West-Vlaanderen kan niet verantwoordelijk worden gesteld indien deze periode overschreden wordt.
Overeenkomstig art. 73 van het Decreet van 09.03.2018 betreffende het Deeltijds Kunstonderwijs en met toepassing van de reglementering over overleg en onderhandeling, dient het schoolbestuur te beslissen over de aanwending van de lestijden aan de Stedelijke Academie voor Muziek en Woord voor het schooljaar 2021-2022.
Voorstel van beslissing: goedkeuren aanwending lestijdenpakket Stedelijke Academie voor Muziek en Woord schooljaar 2021-2022.
Gelet op het Decreet van 09.03.2018 betreffende het deeltijds kunstonderwijs;
Gezien, overeenkomstig artikel 73 van bovenvermeld decreet, het schoolbestuur moet beslissen ov er de aanwending van het lestijdenpakket, met toepassing van de reglementering over overleg en onderhandeling;
Gelet op de dienstbrief ‘Berekening omkadering’ dd. 29.06.2021 van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel, houdende de toekenning van het lestijdenpakket voor het schooljaar 2021-2022;
Gelet op het PV van raadpleging en het protocol dd. 15.10.2021 van het Bijzonder Onderhandelingscomité;
Gelet op de dienstbrieven ‘Ondersteuning kerntaak van het onderwijzend personeel/samen school maken’ en ‘Lestijden aanvangsbegeleiding’ dd. 20.10.2021 van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel, waarin in uitvoering van CAO XII aanvullende lestijden voor het schooljaar 2021-2022 toegekend werden;
Gelet op het protocol dd. 19.11.2021 van het Bijzonder Onderhandelingscomité;
Gelet op de onderrichtingen en wettelijke beschikkingen terzake;
Art. 1:
Het lestijdenpakket voor het schooljaar 2021-2022 voor de Stedelijke Academie voor Muziek en Woord wordt als volgt aangewend:
Buiten pakket toegekend en aangewend:
- directie-uren 20/20
- uren administratief medewerker 55/38
- ICT-coördinatie 06/36 (salarisschaal 301) + 04/36 (salarisschaal 501)
Binnen pakket:
aantal uren leraar toegekend: 705
| muziek: 597 - eerste graad muziek 12 uur - tweede graad muziek 206 uur - derde graad muziek 100 uur - vierde graad muziek 253 uur - specialisatie muziek 25 uur - KS muziekgeschiedenis 1 uur |
woordkunst-drama: 108 - tweede graad woord 27 uur - derde graad woord 41 uur - vierde graad woord 35 uur - specialisatie woord 1 uur - KS schrijver 5 uur |
- aanvangsbegeleiding 4 uur
- overbruggingslestijden LS 3 uur
- overbruggingslestijden HS 17 uur
- lestijden ‘samen school maken’ 2 uur
- lestijden ondersteuning kerntaak onderwijzend personeel 5 uur
- Overdracht van niet-ingerichte leraarsuren van het schooljaar 2020-2021: 23
- aantal uren leraar aangewend: 735
waarvan lestijden om te zetten in krediet voordrachtgever: 2
- aantal uren ‘samen school maken’ aangewend: 4 (omzetting 2 uren leraar in 4 uren administratief medewerker)
- Nieuwe overdracht van niet-ingerichte uren naar schooljaar 2022-2023: 22 uur HS
Art. 2:
De lestijden worden als volgt over de graden en vakken verdeeld:
DOMEIN MUZIEK
1ste en 2de GRAAD – 292 LESTIJDEN
| vak |
aantal |
| Muziekinitiatie |
12 |
| Muzikale en culturele vorming |
31 |
| Groepsmusiceren |
26 |
| Instrument: klassiek: accordeon |
4 |
| Instrument: klassiek: altsaxofoon |
6 |
| Instrument: klassiek: cello |
9 |
| Instrument: klassiek: dwarsfluit |
18 |
| Instrument: klassiek: fagot |
3 |
| Instrument: klassiek: gitaar |
32 |
| Instrument: klassiek: harp |
2 |
| Instrument: klassiek: hobo |
5 |
| Instrument: klassiek: hoorn |
4 |
| Instrument: klassiek: klarinet |
13 |
| Instrument: klassiek: orgel |
3 |
| Instrument: klassiek: orkestslagwerk |
22 |
| Instrument: klassiek: piano |
55 |
| Instrument: klassiek: stemvorming |
3 |
| Instrument: klassiek: trombone |
3 |
| Instrument: klassiek: trompet |
9 |
| Instrument: klassiek: viool |
13 |
| Instrument: klassiek: zang |
6 |
| Instrument: jazz-pop-rock: elektrische/akoestische gitaar |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: contrabas |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: trombone |
1 |
| Instrument: jazz-pop-rock: zang |
3 |
| pedagogische coördinatie |
3 |
3de GRAAD – 45 LESTIJDEN
| vak |
aantal |
| Live/studio electronics |
1 |
| Muzikale en culturele vorming: klassiek |
11 |
| Muziektheorie |
2 |
| Instrument: klassiek: viool |
4 |
| Groepsmusiceren instrumentaal: klassiek |
14 |
| Groepsmusiceren vocaal: klassiek |
1 |
| Muzikale en culturele vorming: jazz-pop-rock |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: altsaxofoon |
1 |
| Instrument: jazz-pop-rock: piano |
4 |
| Instrument: jazz-pop-rock: ritmisch slagwerk |
2 |
| Instrument: jazz-pop-rock: trombone |
1 |
| pedagogische coördinatie (instr. klassiek: trompet) |
1 |
4de GRAAD + SPECIALISATIE + KORTL. STUDIERICHTING– 295 LESTIJDEN
| vak |
aantal |
| Groepsmusiceren |
1 |
| Improvisatie |
1 |
| Muziektheorie |
6 |
| Muziekgeschiedenis |
4 |
| Groepsmusiceren instrumentaal: klassiek |
29 |
| Groepsmusiceren instrumentaal: oude muziek |
1 |
| Groepsmusiceren vocaal: klassiek |
2 |
| Instrument: klassiek: accordeon |
5 |
| Instrument: klassiek: altsaxofoon |
1 |
| Instrument: klassiek: cello |
3 |
| Instrument: klassiek: dwarsfluit |
9 |
| Instrument: klassiek: fagot |
2 |
| Instrument: klassiek: gitaar |
18 |
| Instrument: klassiek: harp |
3 |
| Instrument: klassiek: hobo |
2 |
| Instrument: klassiek: hoorn |
2 |
| Instrument: klassiek: klarinet |
20 |
| Instrument: klassiek: piano |
22 |
| Instrument: klassiek: orgel |
1 |
| Instrument: klassiek: klavierklas (klavecimbel) |
1 |
| Instrument: klassiek: klavierklas (orgel) |
1 |
| Instrument: klassiek: orkestslagwerk |
6 |
| Instrument: klassiek: trombone |
5 |
| Instrument: klassiek: trompet |
10 |
| Instrument: klassiek: viool |
7 |
| Instrument: klassiek: zang |
10 |
| Instrument: oude muziek: viool |
1 |
| Instrument: oude muziek: historische harp |
1 |
| Zang: opera/muziektheater |
4 |
| Atelier: opera/muziektheater |
2 |
| Groepsmusiceren instrumentaal: jazz-pop-rock |
9 |
| Instrument: jazz-pop-rock: altsaxofoon |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: contrabas |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: elektrische/akoestische gitaar |
10 |
| Instrument: jazz-pop-rock: piano |
4 |
| Instrument: jazz-pop-rock: ritmisch slagwerk |
3 |
| Instrument: jazz-pop-rock: trombone |
1 |
| Instrument: jazz-pop-rock: zang |
2 |
| Begeleidingspraktijk gitaar |
2 |
| Begeleidingspraktijk piano |
1 |
| Begeleidingspraktijk orgel |
1 |
| Begeleiding |
20 |
| pedagogische coördinatie |
48 |
| Aanvangsbegeleiding (orkestslagwerk) |
4 |
| ondersteuning kerntaken leraar (instr. klassiek: hobo) |
1 |
| ondersteuning kerntaken leraar (instr. klassiek: piano) |
1 |
| ondersteuning kerntaken leraar (groepsm. Instr. klassiek) |
1 |
| ondersteuning kerntaken leraar (groepsmusiceren) |
1 |
DOMEIN WOORDKUNST-DRAMA
2de GRAAD – 22 LESTIJDEN
| vak |
aantal |
| Woordatelier |
22 |
3de GRAAD – 53 LESTIJDEN
| vak |
aantal |
| Woordlab |
48 |
| ped. coördinatie (Woordlab) |
4 |
| ondersteuning kerntaken leraar (Woordlab) |
1 |
4de GRAAD + KORTL. STUDIERICHTNG – 26 LESTIJDEN
| Vak |
aantal |
| Dramalab |
5 |
| Theater |
8 |
| Verteltheater-stemregie |
2 |
| Cabaret en comedy |
4 |
| Schrijven |
3 |
| ped. coördinatie (Cabaret&comedy) |
2 |
| ped. coördinatie (Theater maken) |
1 |
| ped. coördinatie (Schrijven) |
1 |
Art. 3:
Afschrift van deze beslissing over te maken aan het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel.
Overeenkomstig art. 73 van het Decreet van 09.03.2018 betreffende het Deeltijds Kunstonderwijs en met toepassing van de reglementering rond overleg en onderhandeling, dient het schoolbestuur te beslissen over de aanwending van de lestijden aan de Stedelijke Kunstacademie voor het schooljaar 2021-2022.
Voorstel van beslissing: goedkeuren aanwending lestijdenpakket Stedelijke Kunstacademie schooljaar 2021-2022.
Gelet op het Decreet van 09.03.2018 betreffende het deeltijds kunstonderwijs;
Gezien, overeenkomstig artikel 73 van bovenvermeld decreet, het schoolbestuur moet beslissen over de aanwending van het lestijdenpakket, met toepassing van de reglementering over overleg en onderhandeling;
Gelet op de ‘Berekening omkadering’ dd. 29.06.2021 van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel, houdende de toekenning van het lestijdenpakket voor het schooljaar 2021-2022;
Gelet op het PV van raadpleging en het protocol dd. 15.10.2021 van het Bijzonder Onderhandelingscomité;
Gelet op de dienstbrief ‘Ondersteuning kerntaak van het onderwijzend personeel/samen school maken’ dd. 20.10.2021 van het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel, waarin in uitvoering van CAO XII aanvullende lestijden voor het schooljaar 2021-2022 toegekend werden;
Gelet op het protocol dd. 19.11.2021 van het Bijzonder Onderhandelingscomité;
Gelet op de onderrichtingen en wettelijke bepalingen terzake;
Art. 1:
Het lestijdenpakket voor het schooljaar 2021-2022 voor de STEDELIJKE KUNSTACADEMIE wordt als volgt aangewend:
Buiten pakket toegekend en aangewend:
- aantal directie-uren 20/20
- aantal uren administratief medewerker 29/38
- ICT-coördinatie 05/36 (salarisschaal 202) + 02/36 (salarisschaal 301)
Binnen pakket:
aantal uren leraar toegekend:
- eerste en tweede graad 68 uur
- derde graad 39 uur
- vierde graad 79 uur
- specialisatie 18 uur
Totaal 204 uur
- additionele lestijd 1 uur
- aanvangsbegeleiding 1 uur
- overbruggingslestijd LS 1 uur
- overbruggingslestijden HS 3 uur
- lestijden samen school maken 1 uur
- lestijden ondersteuning kerntaak 2 uur
aantal uren leraar aangewend 212 uur
aantal uren samen school maken aangewend: 2 (omzetting 1 lestijd in 2 administratieve omkaderingseenheden)
Art. 2:
De lestijden worden als volgt verdeeld over de eerste tot vierde graad en Specialisatie:
1ste en 2de GRAAD – 66 lestijden
| Vak |
aantal |
| KV beeldatelier |
66 |
3de GRAAD – 44 lestijden
| vak |
aantal |
| KV beeldatelier |
20 |
| KV beeldverhaalatelier |
12 |
| KV digitaal beeldatelier |
4 |
| KV architectuuratelier |
8 |
4de GRAAD en SPECIALISATIE – 102 lestijden
| vak |
aantal |
| KV saa keramiek |
28 |
| KV saa beeldhouwen en ruimtelijke kunst |
8 |
| KV saa grafiekkunst |
8 |
| KV saa tekenkunst |
8 |
| KV saa levend model |
8 |
| KV saa schilderkunst |
24 |
| KV saa digitale beeldende kunst |
8 |
| ped. coördinatie (saa grafiekkunst) |
7 |
| aanvangsbegeleiding (saa grafiekkunst) |
1 |
| Ondersteuning kerntaken leraar (saa Grafiekkunst) |
2 |
Art. 3:
Afschrift van deze beslissing over te maken aan het Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, AgODi, Scholen Secundair Onderwijs en Deeltijds Kunstonderwijs te Brussel.
Artikel 21 uit de statuten van WVI, vermeldt dat iedere deelnemende gemeente het recht heeft, tot lid van de raad van bestuur met raadgevende stem, één gemeenteraadslid aan te duiden, verkozen op een lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen of aangesteld is als voorzitter van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn, en deze aanduiding voor te leggen aan de algemene vergadering. De duur van het mandaat van lid met raadgevende stem bedraagt 3 jaar behoudens de beperkingen bepaald in artikel 22 van de statuten.
Voorstel van beslissing: voordragen van een bestuurder met raadgevende stem in de raad van bestuur van WVI voor de periode 2022-2024.
Raadslid An VANDEN BUSSCHE wordt met geheime stemming voorgedragen.
Gelet op het decreet lokaal bestuur van 22.12.2017;
Gelet op het feit dat de stad aangesloten is bij de intercommunale WVI;
Gelet op de statuten van WVI, inzonderheid artikelen 20 en 21 dat de samenstelling van de Raad van Bestuur behandelt;
Overwegende dat de verdeling van de mandaten van de Raad van Bestuur op basis van kapitaal als volgt gebeurt:
- binnen iedere regio, één mandaat op voordracht van iedere gemeente met meer dan 16.000 aandelen
- binnen iedere regio, twee mandaten op voordracht van gemeenten uit de groep met 8.001 t.e.m. 16.000 aandelen, op voorwaarde dat er minstens twee gemeenten in deze groep aanwezig zijn. Indien er maar één gemeente in deze groep aanwezig is, is er maar één mandaat op voordracht van de gemeente
- binnen iedere regio, één mandaat op voordracht van een gemeente uit de groep met 8.000 of minder aandelen
Overwegende dat dit concreet voor de regio Roeselare-Tielt de volgende verdeling betekent:
- Roeselare: 1
- Izegem: 1
- Tielt: 1
- Ingemunster, Wingene, Ardooie, Ledegem, Waregem, Wielsbeke, Lichtervelde, Meulebeke, Oostrozebeke, Pittem, Moorslede, Ruiselede, Hooglede, Dentergem, Staden: samen 2
Gelet op de beslissing van de gemeenteraad dd. 21.02.2021 houdende de aanstelling van burgemeester Vannieuwenhuyze als bestuurder binnen de Raad van Bestuur;
Overwegende dat elke deelnemende gemeente eveneens het recht heeft om één gemeenteraadslid voor te dragen, verkozen op de lijst waarvan geen enkele verkozene deel uitmaakt van het college van burgemeester en schepenen en deze aanduiding voor te leggen aan de algemene vergadering;
Overwegende dat de statuten bepalen dat binnen één district slechts een persoon met raadgevende stem kan worden aangeduid, dat voor de periode 2019-2021 de persoon vanuit Izegem voorging om reden dat er meer aandelen zijn van Izegem in de WVI, dat voor voornoemde periode een vertegenwoordiger met raadgevende stem in Izegem werd aangeduid en Tielt dus pas voor de periode 2022-2024 van de legislatuur een vertegenwoordiger met raadgevende stem kan aanduide
Gelet op de kandidaturen ontvangen van als bestuurder met raadgevende stem voor de Raad van bestuur voor de periode 2022-2024:
- Mevr. Veerle Vervaeke, raadslid;
- Mevr. An Vanden Bussche, raadslid;
Overwegende dat de raad is overgegaan tot de geheime stemming met volgend stemresultaat;
- Mevr. Veerle Vervaeke: 8 stemmen
- Mevr. An Vanden Bussche: 15 stemmen
Met 15 stemmen voor raadslid Vanden Bussche An, 8 stemmen voor raadslid Vervaeke Veerle, 0 stemmen onthouden.
Art. 1:
Als bestuurder met raadgevende stem namens de stad Tielt in de Raad van Bestuur van WVI wordt na geheime stemmig, voor de periode 2022-2024, aangeduid: mevr. An Vanden Bussche, an.vanden.bussche1@telenet.be.
Art. 2:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan de WVI.
Per aangetekende brief van 27.10.2021 vraagt WVI de goedkeuring door de gemeenteraad van de agenda van de buitengewone algemene vergadering van 15.12.2021. Daarnaast vraagt men ook de bepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de stad.
Voorstel van beslissing: goedkeuren agenda van de buitengewone algemene vergadering van WVI op 15.12.2021 en bepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de stad.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22.12.2017;
Gelet op het feit dat de stad aangesloten is bij de intercommunale WVI;
Gelet op het feit dat de stad per aangetekend schrijven dd. 27.10.2021 werd opgeroepen om deel te nemen aan de buitengewone algemene vergadering van WVI van 15.12.2021 om 18u30;
Gelet op het dossier dat tegelijkertijd aan de stad overgemaakt is;
Overwegende dat het nodig is dat de stad zich uitspreekt ten aanzien van de punten die werden aangebracht op de agenda van de hierbovenvermelde buitengewone algemene vergadering van WVI van 15.12.2021, zijnde;
1. Goedkeuring verslag van de algemene vergadering dd. 16-06-2021
2. Begroting 2022
3. Kennisneming ontslag 2 bestuurders: mevrouw Rita Demaré (Hooglede) en de heer Dirk Verwilst (Meulebeke)
4. Benoeming 2 bestuurders
5. Akteneming van de gemeenteraadsbeslissingen houdende aanduiding leden met
raadgevende stem in de raad van bestuur en bepaling van de rangorde
6. Mededelingen
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen;
Art. 1:
Zijn goedkeuring te hechten aan de punten die werden aangebracht op de agenda van de buitengewone algemene vergadering van de intercommunale WVI op 15.12.2021 om 18u30, zoals ter kennis gebracht aan de gemeenteraad, zijnde:
1. Goedkeuring verslag van de algemene vergadering dd. 16-06-2021
2. Begroting 2022
3. Kennisneming ontslag 2 bestuurders: mevrouw Rita Demaré (Hooglede) en de heer Dirk Verwilst (Meulebeke)
4. Benoeming 2 bestuurders
5. Akteneming van de gemeenteraadsbeslissingen houdende aanduiding leden met
raadgevende stem in de raad van bestuur en bepaling van de rangorde
6. Mededelingen
Art. 2:
De vertegenwoordiger van de stad die zal deelnemen aan de buitengewone algemene vergadering van WVI op 15.12.2021 op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in onderhavig raadsbesluit.
Art. 3:
Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en ondermeer kennisgeving hiervan te verrichten aan de intercommunale WVI.
Per e-mail van 03.11.2021 vraagt de dienstverlenende vereniging Cipal de goedkeuring door de gemeenteraad van de agenda van de algemene vergadering van 16.12.2021. Daarnaast vraagt men ook de bepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de stad.
Voorstel van beslissing: goedkeuren agenda van de algemene vergadering van de Cipal dv op 16.12.2021 en bepaling van het mandaat van de vertegenwoordiger van de stad.
Gelet op het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 (“DLB”) en in het bijzonder op art. 40 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad en inzake de intergemeentelijke samenwerking;
Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van de dienstverlenende vereniging Cipal (hierna kortweg “Cipal”);
Gelet op de statuten van Cipal;
Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 21.02.2019 inzake de aanduiding van de vertegenwoordiger van de gemeente op de algemene vergaderingen van Cipal;
Gelet op de oproeping tot de algemene vergadering van Cipal van 16 december 2021 met de volgende agendapunten:
Toetreding en aanvaarding van nieuwe deelnemer(s)
Gelet op de toelichtende nota van Cipal betreffende de agendapunten van deze algemene vergadering;
Gelet op de voorstellen van de raad van bestuur van Cipal,
Overwegende dat geen redenen voorhanden zijn om goedkeuring van de agendapunten te weigeren;
Na beraadslaging en stemming;
Art. 1:
Op basis van de bekomen documenten en de toelichtende nota worden de agendapunten van de algemene vergadering van Cipal van 16 december 2021 goedgekeurd.
Art. 2:
De vertegenwoordiger van de gemeente wordt gemandateerd om op de algemene vergadering van Cipal van 16 december 2021 te handelen en te beslissen conform dit besluit. Indien deze algemene vergadering niet geldig zou kunnen beraadslagen of indien deze algemene vergadering om welke reden dan ook zou worden verdaagd, dan blijft de vertegenwoordiger van de gemeente gemachtigd om deel te nemen aan elke volgende vergadering met dezelfde agenda.
Art. 3:
Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavig besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan Cipal.
In het weekend van 19 tot 21 november werd de Markt van Tielt geconfronteerd met enkele daden van vandalisme. Onder andere werden de steunpillaar van de KBC en het terras van de Botermarkt ingereden. Ook een sierpaaltje en een vuilnisbak van Tielt viel ten prooi aan de vandalen. Tot slot werden de gele chrysanten van Onze Stad uit de bloemblakken getrokken en wijd over de markt gegooid.
Het is zeker niet de eerste keer dat dit voorkomt. Ook in 2019 werden chrysanten uit de bloembakken op de markt getrokken. Het stadsbestuur deed toen helemaal niets. Zij ging bv. niet over tot de vervanging van de oude camera’s die ‘s nachts niet goed werken om het probleem te verhelpen.
Verschillende burgers kaarten vandaag opnieuw aan dat de camera’s rond de markt van Tielt helemaal niet meer werken. Klopt dit? Zo ja, hoe lang is dit al het geval en is de Markt hier een alleen staand geval? Hoe ver staan jullie met de evaluatie van alle camera’s op Tielts grondgebied?
Wij vragen het stadsbestuur tot de vervanging van de oude camera’s over te gaan, zodat daden van vandalisme in de toekomst voorkomen of bestraft kunnen worden. Niet enkel voor de bescherming tegen vandalisme, maar voor alle vormen van veiligheid.
Voorstel van beslissing: het stadsbestuur neemt actie inzake de verbetering van de camera bewaking op ons grondgebied.
De staat van de Neringenstraat is verschrikkelijk, zowel het wegdek als de zomerweg die door de fietsers gebruikt wordt. Ook alles wat eronder zit van leidingen, riolering en technieken is al meerdere jaren in erbarmelijke staat. Dit leidt ertoe dat een passage over deze weg, zowel als fietsers, wandelaar of bestuurder ronduit gevaarlijk is. Het renovatie dossier bleef ruim 4 jaar geleden steken in een bezwaarschrift van een bewoner, dat binnen het jaar ging behandeld worden.
Graag een ruimte toelichting van de stand van zaken van dit renovatie dossier. Wanneer kan het starten? Zijn alle subsidies nog voorzien? Hoe ziet de planning en de uitvoering eruit? Wat wordt gedaan om dit dossier in beweging te zetten?
Voorstel van beslissing: de stad doet het uiterste om dit renovatiedossier zo snel als mogelijk aan te vangen en uit te voeren zodat de Neringenstraat terug een straat in goede staat wordt en veilig kan gebruikt worden.
In het verleden ging de gemeenteraad reeds hybride door. Gezien de federale fase van de pandemie werd dit beslist op basis van een burgemeesterbesluit. Om zittingen in de toekomst om welbepaalde redenen digitaal of hybride te laten doorgaan kan men hiervoor het huishoudelijk reglement aanpassen. De redenen hiervoor kunnen divers zijn: algemene gezondheids- of veiligheidsredenen van één of meer raadsleden, extreme weersomstandigheden of wanneer een dringende samenkomst van de raad noodzakelijk is. Gezien de problemen in het verleden dient hiervoor zeker de infrastructuur aangepakt te worden. We hoorden dat er werk zou worden gemaakt van een nieuwe geluidsinfrastructuur. Hoe ver staat het hiermee?
Indien mogelijk kan men hiervoor nog subsidies aanvragen bij de Vlaamse overheid. In het verlengde hiervan kan men ook kijken om permanente livestreaming te voorzien. Dit werd al meermaals aangekaart door onze fractie. Nu kan men via deze aanvraag dit hier ook aan koppelen om hier eindelijk werk van te maken. Via volgende website kan men een dossier hiervoor indienen: https://gzg.vlaanderen.be.
Voorstel van beslissing: men maakt werk om het huishoudelijk reglement aan te passen om hybride en digitaal vergaderen om welbepaalde redenen mogelijk te maken. Daarnaast dient men een dossier in bij de Vlaamse overheid om subsidies te voorzien om de infrastructuur hiervoor aan te pakken. Men voorziet ook om de gemeenteraad te streamen.
In november 2020 werden de toekomstplannen voor de huisvesting van onze academies aan de gemeenteraad voorgelegd: het stadsbestuur wil een uitbreiding van de academies op de Tiltex-site realiseren. Ondertussen heeft onze Kunstacademie dit najaar de onderwijsinspectie opnieuw over de vloer gehad voor een terugkeerbezoek dat focuste op de ‘bewoonbaarheid, veiligheid en hygiëne’ van de Kunstacademie. Dat resulteerde gelukkig in een positief (gunstig) advies. In 2019 had ook de Academie voor Muziek en Woord al zo’n positief advies gekregen bij het terugkeerbezoek van de doorlichting.
Nu zou het echter fout zijn om op onze lauweren te rusten. Eén van de volgende schooljaren zullen onze academies tijdens een volgende ‘ronde’ opnieuw worden doorgelicht en dan moet er zichtbaar vooruitgang gemaakt zijn. De Tiltex-site heeft duidelijk grote voordelen om de infrastructuurnoden van onze academies op te lossen. Alleen zijn er ook twee nadelen: de kostprijs en de onzekerheid over de verwerving van de site en dus over de timing.
Als er op vandaag nog geen concreet uitzicht is op de verwerving van de Tiltex-site, zullen de huisvestingsproblemen van de academies tijdens deze legislatuur niet opgelost zijn en dreigt er bij een volgende doorlichting opnieuw gevaar op een negatief of ongunstig advies. Daarom denken we beter ook aan tijdelijke oplossingen voor onze academies, in afwachting van de eventuele realisatie van de Tiltex-site.
Die opportuniteit is nu aanwezig: het Financiën-gebouw tussen Tramstraat en Sportlaan is vandaag deels vrij en zou een tijdelijke oplossing kunnen bieden voor onze academies.
Voorstel van beslissing: de gemeenteraad vraagt het College van Burgemeester en Schepenen om te onderzoeken of en tegen welke voorwaarden een deel van het Financiën-gebouw tussen Tramstraat en Sportlaan op tijdelijke basis kan gehuurd worden en welke noden van de academies hiermee tijdelijk kunnen worden opgevangen in afwachting van een definitieve infrastructuuroplossing (bv. op de Tiltex-site). Het College van Burgemeester en Schepenen brengt hier uiterlijk na drie maanden verslag over uit aan de gemeenteraad, zodat deze piste ernstig kan overwogen worden in het belang van de toekomst van onze academies.
Namens Gemeenteraad,
Hendrik Vandenbruwane
Algemeen Directeur
Hilde Decoene
Voorzitter